Van Polson, Montana naar Washington State

Naar het westen

Gewoon onderweg
Gewoon onderweg

Zondag 31 Augustus gaat de wekker opnieuw om half acht af. Helaas is tante Ank niet bereikbaar op de skype maar kunnen we wel even met Thecla en Thomas babbelen en de laatste nieuwtjes horen. Dick heeft gisteren weer ons mobile wifi opgeladen en derhalve hebben we vanaf nu op heel veel plekken weer tot 3 Gb internet tot onze beschikking. Heerlijk! Onze tocht voert ons de eerstkomende tijd, tot we in Seattle arriveren, alleen nog westelijk en de weg is prachtig ondanks de regendruppels die, direct nadat we Polson hebben verlaten, enige tijd neervallen. Gelukkig niet echt lang en al snel kunnen we weer genieten van wat zonneschijn, wat het ook mogelijk maakt dat we  regelmatig even stoppen om een cache te zoeken. Om één uur zien we een Statepark maar het beschikbare plekje is erg schuin dus we rijden verder over een smal grijs weggetje op de kaart wat alleen volgens mijn Hakuna doorgaand is (de GPS van Dick denkt er anders over).

20 Km Gaten en gravel
20 Km Gaten en gravel

Het is uiteindelijk ook wel doorgaand maar alleen over een lange gravelweg met gaten en grote ribbels afgewisseld met bitumen die meer op gatenkaas lijkt, niet echt een succes dus. Terugrijden betekent echter 60 mile omrijden en dat is ook geen pretje en daarbij houden we er niet zo van weer te moeten terugrijden. Dus zetten we met de hobbelende en in al zijn voegen kreunende camper de reis voort en zijn erg blij we als we na vele mijlen rijden eindelijk weer op een normaal berijdbare weg terechtkomen. Niet veel verder ligt in het National Forest de Bull River Campground waar we blijven staan en ik eindelijk weer eens de gelegenheid heb om mijn verhaal af te maken zodat Dick kan publiceren. Net als het begint te druppelen draait Dick het zonnescherm (in ons geval meestal regenscherm) uit zodat ik lekker buiten achter de laptop kan blijven zitten. Of het buiten echt zo lekker is weet ik niet want na anderhalf uur typen ben ik zo verkleumd dat ik nauwelijks nog een goede letter kan aanslaan.

Bull River campground
Bull River campground

Tijd derhalve om een vuurtje te stoken wat gelukkig mogelijk is omdat de regen inmiddels gestopt is en aan den einder zelfs wat vage plekken blauwe lucht te zien zijn. Er is gratis hout (en droog hout) in overvloed zodat het niet veel moeite kost een goed brandend vuur te krijgen. Het is een weldaad ons eraan te warmen en zelfs mijn voeten beginnen na een tijdje te gloeien als ze tegen de dubbele wand van de vuurhaard gelegd worden. We stoken ons beschikbare hout op, eten naast het vuurtje en gaan omdat de wind helemaal is gaan liggen pas om half tien, wanneer de lucht zwart gekleurd is, naar binnen. Maandag 1 september is het rustig als we wegrijden van Bull River, het is Labourday en veel mensen genieten deze laatste dag van een lang weekend. Bij de grens met de staat Washington winnen we weer het uur dat we enkele dagen geleden kwijtraakten, het tijdsverschil met Nederland is weer negen uur. In Spokane stoppen we bij een vestiging van Camping World. We willen kijken of hier de ledlampjes te koop zijn voor ons buitenlicht en daarnaast hou ik ervan om rond te neuzen in een camping zaak. We boffen, led lampjes voor ons buitenlicht zijn te koop maar voor enkele andere lampen in de camper is de sterkte te gering dus die zullen we echt uit Nederland mee moeten nemen. Dwars door Downtown Spokane waar het werkelijk uitgestorven is zetten we na iets meer dan een uur onze reis voort. We hebben ontdekt dat er enkele campgrounds zijn aan Lake Roosevelt National Recreation Area en dat lijkt ons een goede stop voor vannacht. Aan de vele auto’s met boten die vanuit deze richting komen zal er waarschijnlijk wel plek zijn.

Haarspelden naar Lake Roosevelt
Haarspelden naar Lake Roosevelt

Daar we geen idee hebben wat we kunnen verwachten is de verrassing groot als we, na lange tijd door heuvelachtige landbouw- en weide gronden hebben gereden, plotseling een steile pas afdalen, haarspelt na haarspelt. In deze zeer abrupte afdaling hebben we een fantastisch uitzicht over een groot stuwmeer. Helemaal beneden zien we kleine witte stipjes die bij nadering campers en trailers blijken te zijn, staande aan de rand van het meer. Er is plek in overvloed maar zoals altijd kost het enig rondrijden om dat plekje te vinden dat zowel Dick als ik geschikt vinden. Dick kijkt daarbij altijd naar de helling en de ondergrond en ik alleen naar ruimte, zon en uitzicht. Het zal jullie niet verwonderen dat onze verschillende zienswijzes regelmatig botsen en een plekje uitzoeken voor de nacht dus altijd veel tijd in beslag neemt. Maar uiteindelijk staan we (netjes horizontaal) en kunnen we genieten van het uitzicht op het meer en de naast ons heen en weer varende ferry alsmede van de talloze vliegen die zich op ons en in onze camper storten zodra we de deur openen en buiten gaan zitten. Er is weinig wat ertegen helpt dan alleen met onze electrische “Buggonator” rond te zwaaien en het openen van de hordeur zo veel mogelijk te beperken. Dat laatste is eigenlijk onbegonnen werk als je buiten zit en regelmatig binnen iets moet halen om of wat te drinken te hebben of buiten te kunnen koken.
Pas nadat we buiten heerlijk gesmuld hebben van ons één na laatste stuk zelf gevangen Halibut, de nacht is ingevallen (inmiddels is het al om half negen donker) en wij zelf ook naar binnen zijn gegaan heeft het moordend zwaaien met de Buggonator enig gevolg en kunnen we zonder gestoord te worden door voortdurend gezoem, rustig slapen. Dinsdag staan we om zeven uur op, de zon schijnt schijnt al uitbundig maar er waait een venijnig windje en de temperatuur komt niet hoger dan 14 graden.
Nadat we vuil water gedumpt hebben, schoon water hebben ingenomen en de toilet ook weer leeg en schoon is, rijden we naar de ferry die we gisteren zo regelmatig langs hebben zien varen.

Prive ferrynaar Keller
Prive ferry naar Keller

Als we aan komen kunnen we meteen de ferry oprijden waar we de enigen overvaarders zijn. De captain nodigt ons uit om op de brug te komen en tijdens de iets meer dan 10 minuten durende overtocht  praten we over Alaska, de captain heeft namelijk altijd als crabvisser in de Beringsee en bij Dutch Harbour gewerkt.
Als we aan de overkant de ferry weer verlaten schalt door de luidsprekers op de ferry: “Have a safe journey” en rijden we Indian country binnen. Het dorre en gortdroge landschap aan deze zijde van het stuwmeer is namelijk een reservaat waar de wetten en codes van de indianen gelden. Helaas geen  wigwams maar slechts huizen die er verwaarloosd uitzien. Door de bergketen, nu ja erover heen, vinden we een weg die ons uiteindelijk naar Omak leidt vanwaar we verder de bergen intrekken om naar North Cascade National Park te rijden. Helaas hebben we geen tijd om lang te stoppen in het leuke en authentieke stadje Wintrop, waar de geveltjes zo uit een cowboyfilm geplukt hadden kunnen zijn.

Nep facades in Wintrop
Nep facades in Wintrop

Eigenlijk ook geen dorpje voor Dick die met die nep facades in dorpjes niets van doen heeft. In tegenstelling tot mijzelf, die zodra ik door dergelijke dorpjes loop meteen in andere sferen beland en de cowboy- en indianen gevechten uit voorbijgegane tijden voor me af zie spelen. Maar in dit geval ben ik het met Dick eens. Willen we, nog voor het donker wordt, in North Cascades National Park arriveren dan zullen we toch echt door moeten rijden. Zeker gezien het feit dat we niet weten hoe de weg naar Washington Pass zal zijn. Helaas verdwijnt, als we de pas oprijden, de blauwe lucht en wolken laten het zicht op de schitterende Liberty Bell Peak Mountain langzaam vervagen. Gelukkig komt er nog een stukje tevoorschijn van deze woeste bergtop als we op het uitzichtpunt in wat miezerregen een foto nemen. De regen blijft miniem zolang we rondlopen maar nadat we de camper ingestapt zijn gaat het harder regenen en verdwijnt elk zicht op de ons omringende bergen.

Diabolo Lake
Diabolo Lake

Natuurlijk stoppen we even bij het uitzichtpunt op het grote turquoise Diabolo stuwmeer waar we al enige tijd omheen rijden en wat ons telkens een ander schitterend zicht biedt. De campground er vlakbij is saai, somber en donker en niet echt een plek waar we willen blijven. Gelukkig is de andere campground  in dit Nationale Park, ondanks de regen die neervalt, iets minder donker is en op enkele plekken is daar zelfs wat lucht te zien tussen de dicht op elkaar staande hoog oprijzende bomen. Nadat we ons plekje uitgezocht en betaald hebben rijden we nog even naar het Visitor Center om een stempeltje in ons National Park paspoort te halen. Tegelijkertijd kopen we een prachtig t- shirt. Wel bruin, niet direct onze kleur, maar de geborduurde tekening maakt toch dat we beiden dit t-shirt kopen en je steunt er ook nog het National Park mee. Buiten is het opgehouden met zachtjes regenen, het lijkt wel of we onder een waterval lopen. Wat ben ik blij dat we niet lopend naar het Visitor Center gegaan zijn. Zelfs het kleine stukje naar de parking maakt dat onze hoodies drijfnat zijn. Nadat ook de camper nog op blokken gezet is, kan ik ze zelfs uitwringen. Buiten hebben we de rest van de avond niets meer te zoeken. Woensdag ochtend is het gelukkig droog en alleen de vele plassen op de campground verraden dat het gisteren zulk noodweer geweest is.

Pak je tent op en wandel
Pak je tent op en wandel

Terwijl wij ontbijten komt de ene na de andere tent langslopen, een raar gezicht en we vragen ons af of een deel van de campground ondergelopen is. Dat blijkt niet het geval maar een groot deel van het terrein is vanaf vandaag gereserveerd voor een groep half “volwassen” kinderen zodat de volwassenen kampeerders, die rust willen hebben, hun tent oppakken en ermee aan de wandel gaan. Nadat ik nog even met tante Ank geskyped heb rijden we via doodstille secundaire wegen naar Seattle. Met behulp van de State map die Dick gisteren heeft gekocht en ons Good Sam book hebben we net boven Seattle een camping gevonden waar we gaan kijken. Belangrijk is dat er vanaf deze plek openbaar vervoer is naar Seattle. De grote steden zijn immers niet de meest geschikte plekken om met onze camper in rond te rijden en zeker Seattle niet met zijn vele steile hellingen. Om één uur arriveren we bij Twin Cedars RV Park, waar nog een plekje beschikbaar is.

Twin Cedars RV Park in Lynwood
Twin Cedars RV Park in Lynwood

De camping is meer een Mobile Home Park en nu zien we waar oude en versleten campers belanden. Bijna op ieder plekje staat een camper of trailer die eruit ziet alsof deze in geen jaren heeft gereden en sommigen lijken bijna in elkaar te storten, maar op deze opgepropte camping (de wagens staan 1,5 tot 2 meter uit elkaar) dienen ze als permanent onderkomen voor de mensen die er wonen. De sanitaire voorzieningen zijn echter prachtig, twee heerlijke hete douches, schone, nette wc’s en natuurlijk wasmachines en drogers en een plek om ’s avonds tv te kijken of met je buren op het bankje voor het centrale gebouw te kletsen. Wanneer de manager ook nog een busroute uitprint die ons de weg wijst naar Downtown Seattle zijn we verkocht en rijden ons “nieuwe”14 jaar oude huis tussen de veel oudere exemplaren op de campground. De rest van de middag blijven we op de camping. Ik moet namelijk twee zware zakken wasgoed weer schoon proberen te krijgen en dat neemt, daar er een rij is voor de  vier beschikbare wasmachines en drogers, de rest van de middag in beslag. Niet echt erg want kletsen met de verschillende bewoners van de camping die zich afvragen waar wij nu toch vandaan komen doet de tijd snel verstrijken. Alhoewel ik nooit eerder begreep waarom mensen in films en TV-series niet open waren over hun verblijf op een mobile home park, begrijp ik dat nu wel want er gaat toch ook een zeker stigma uit van het wonen in dergelijke aftandse campers en trailers. Je ziet daarnaast aan sommige mensen dat er echt armoede heerst.
’s Nachts is het niet altijd even rustig, regelmatig horen we geschreeuw en auto’s die met piepende remmen vlakbij stoppen en lawaai van ruziende stemmen. Het is onvermijdelijk als je zo dicht op elkaar staat. Donderdag 4 september is het opnieuw stralend weer, staalblauwe lucht en zon. Net als ’s avonds is het vroeg in de ochtend nog koel, 14 graden, maar zodra je in het zonnetje komt loopt de temperatuur op en ’s middags is het zelfs 27 graden.
Na het ontbijt lopen we naar de bushalte aan de grote weg, we blijken niet de dichtstbijzijnde te moeten hebben maar één verderop doch dan kunnen we ook snel instappen. Na een overstap in Aurora Village, het wijst zich eigenlijk vanzelf welke bus je moet hebben, zitten we in de Rapid E-liner en na een dik uur rijden stappen we vlakbij Fremont uit, een stadsdeel net ten noorden van Downtown Seattle waar het hoofdkwartier van Geocaching gevestigd is. We hebben een afspraak daar voor morgenmiddag en willen vandaag dit stadsdeel verkennen en een cacheroute lopen. Deze brengt ons langs verrassende plekken in Fremont.

De Fremont Troll onder de Aurora Bridge
De Fremont Troll onder de Aurora Bridge

Onder de grote brug naar Downtown staat een enorme Troll, iets verderop bevindt zich een raket die zowaar 5 minuten gevlogen heeft en op een pleintje treffen we een reuze standbeeld aan van Lenin wat iemand heeft opgeduikeld in Rusland, liggend in de modder en hier aan een tweede leven begonnen is. Ja, cachen brengt je naar bijzondere plekken. Het is een schitterende dag om buiten rond te wandelen en alleen omdat we op een gegeven moment moe worden van het vele klimmen en dalen, Seattle is op veel steile hellingen gebouwd, pakken we tegen zessen de bus terug naar de camping. We zijn warm, smerig en stinken doordat we de hele dag rond hebben gelopen in temperaturen van 27–28 graden, maar na een heerlijke warme douche en schone kleding kunnen we er weer tegen. Lang duurt de avond niet voor ons want het bed lonkt wel. Vrijdag 5 september staan we pas om half acht op. Als een blok beton hebben we beiden geslapen. Opnieuw lopen we naar de bushalte en rijden naar Fremont. Het is raar dat je als je in een vreemde plaats komt, heg noch steg weet te vinden en dat een dag later de weg al zo bekend is dat je er niet eens meer over hoeft na te denken hoe je moet lopen. Ruim op tijd arriveren we weer in de wijk Fremont waar we na opnieuw even rond te kijken bij die fascinerende Troll lekker aan de cappucino gaan op een terrasje vlakbij Head Quarters Geocaching waar we kwart voor een op de stoep staan.

Geocaching Headquarters
Geocaching Headquarters

Het maakt niet uit want we kunnen nu op ons gemakje rondkijken in de lobby voor we de introductie krijgen van de mensen die bij Geocaching werken. We horen niet echt veel nieuws maar het is toch leuk hier rond te lopen. Natuurlijk kopen we wat travel bugs (tante Ank we, ik bedoel natuurlijk onze foto, kan weer op reis) en we laten een paar foto’s maken die in het smoelenboek van Geocaching Headquarters terecht komen. Pas na 1½ uur vertrekken we. Een leuke ervaring om hier eens rond te lopen. In plaats van rechtstreeks naar de bushalte terug te lopen besluiten we een omweggetje te maken. Of dat verstandig is weet ik niet, gezien het opnieuw warme weer, want de afstand die we uiteindelijk moeten afleggen om weer bij de bushalte te arriveren is 15 kilometer en dat valt met zoveel steile klimmetjes erbij niet mee. We zijn blij als we in de bus terug naar huis zitten en lopen stram en stijf de laatste kilometer terug naar het RV Park, waar een hete en lange douche al op ons wacht. We zouden eigenlijk zaterdag vertrekken maar omdat we ook nog in Downtown Seattle willen rondlopen en ons morgen niet willen haasten  besluiten we nog een extra nachtje te blijven. Dat betekent dat als we zaterdagmorgen om half zeven opstaan niet eerst water hoeven te tanken en te dumpen voor we naar de Boeing fabrieken vertrekken. Alhoewel de rondleiding daar pas om negen uur begint zijn we er al om 8 uur wat ons mooi de gelegenheid biedt even rond te kijken in het informatiecentrum en natuurlijk kruipen we ook in de cockpit waar we ons verbeelden dat we deze 737 (het meest succesvolle vliegtuig van Boeing) vliegen.

Co-Pilot in de Boeing 737
Co-Pilot in de Boeing 737

Om negen uur, na een introductie film over Boeing, worden met een bus naar de fabriek gereden. De loodsen waar de verschillende vliegtuigen in elkaar gezet worden lijken van buiten niet echt groot maar als je vanaf de boven gallerij naar de aantallen vliegtuigen kijkt die hier gefabriceerd worden is dat toch wel wat anders. Wat een enorme hallen. Helaas is het niet toegestaan om foto’s of video te maken. Er wordt streng op toegezien. Ook het meenemen van een Smartphone behoort niet tot de mogelijkheden. We zien een deel van de fabricage van de 747, de 777 en assemblage van de nieuwe Dreamliner 787-8. Wat lijken deze toestellen kolossaler dan wanneer ze je door een gate op een vliegveld board en wat werken hier veel mensen. Per shift zijn dat in dit gigantische complex van Boeing zo’n 15.000 mensen. Je gaat toch met nog meer ontzag kijken naar een vliegtuigbouwer. Diep onder de indruk van de 90 minuten durende toer komen we terug bij het ontvangst center, waar ons nog even wordt ingeprent, zeker de Europeanen die de grootste concurrent van Boeing zijn met de Airbus, dat we in het vervolg bij het boeken van een trip eerst moeten vragen naar het merk waarmee we vliegen want : “ If it isn’t Boeing, we’re not going”. Helaas vinden we geen leuk t-shirt of hoodie of een andere goodie dus al snel rijden we weer het camping terrein op van Twin Cedars RV Park. Nadat de camper recht gezet is en we wat gedronken hebben lopen we opnieuw naar de bushalte. Het kopen van kaartjes kost net iets te veel tijd zodat we de bus die net aankomt missen maar 18 minuten later komt de volgende al zodat we uiteindelijk om half twee in Downtown Seattle arriveren. Doordat we toch wel vroeg opstonden eten we eerst even een lekker broodje in een van de vele eettentjes rondom Pikes Public Market, waar het haast te warm is om in de zon te zitten, zodat we snel na de lunch de overdekte market inlopen om rond te neuzen.

Lavendel stalletje in Pike Public Market
Lavendel stalletje in Pike Public Market

Het blijft niet bij rondneuzen want als we een Lavendel stalletje tegenkomen kan ik de verleiding niet weerstaan een Lavendel kussentje te kopen. Naast het voortreffelijke geurtje van Abercrombie is dit ook mijn geur en als blijkt dat Diana, de verkoopster, van Friese afkomst blijkt te zijn is de koop snel gesloten. Natuurlijk maakt Dick enkele foto’s van ons en moeten we beloven haar een keer op te zoeken. Uiteraard nemen we ook een kijkje bij de allereerste Starbucks van Amerika. De rij mensen die er staat die hier hun koffie willen kopen is echter dermate lang, er staan tenminste 60 mensen, dat we toch maar geen koffie hier halen. Daar tante Ank gelezen heeft dat er in Seattle een kauwgommuur is, gaan we daar naar op zoek. Het kost wat moeite deze te vinden, op geen enkel kaartje wordt een “Gum Wall” vermeld maar na wat rond vragen vinden we eindelijk het donkere steegje, de Ghost Alley,  waarvan de muren volgeplakt zijn met kauwgom in allerlei kleuren. Veel mensen kauwen zich hier een ongeluk tot de gum in hun mond goed genoeg is om op de muur geplakt te kunnen worden.

Kauwgom muur in Seattle
Kauwgom muur in Seattle

Ik hou al helemaal niet van kauwgom en evenmin van kauwen en wordt bijna misselijk als ik al die mensen om me heen die “stinkende zooi”  uit hun mond zie halen en op de muur plakken. Sommig kauwgom druipt zelfs in sliertjes langs de muren naar beneden. Het “stinkt” er zelfs naar kauwgom. Gelukkig vind Dick deze plek ook niet echt verheffend zodat we na nogmaals de muren met druipende gum bestudeerd te hebben bijna op onze tenen lopend weglopen, kauwgom zit namelijk ook overal op de grond, en ons heil op een andere plek op de market zoeken. Na nog een heerlijke koffie te hebben gedronken en een smoothie met heerlijke, niet zoete berries lopen we door de drukke winkelstraten terug naar de bushalte die zich naast mijn favoriete warenhuis Macy bevindt. Dit keer gaan we er echter niet naar binnen maar pakken de bus terug naar huis. Vanuit de bus hebben we nog een prachtig zicht op de “Space Needle” de hoge toren die deel uitmaakt van het silhouet van Seattle en die je vaak in TV -eries ziet. De lunch was zo overdadig dat we ’s avonds niet meer behoeven te eten en het restje appelmoes, gemaakt van de appels van Anneke uit Terrace, is voldoende als avondmaaltijd.
Zondag  7 september slapen we tot acht uur uit. We hadden na de vermoeiende afgelopen dagen deze slaap beslist hard nodig. Direct nadat we gedouched hebben stop ik alle stinkende kleren alsmede ons beddengoed, in de wasmachines. Terwijl deze hun werk doen ontbijten en skypen we en nadat de was droog en opgevouwen is kunnen we vertrekken van deze bijzondere maar goed liggende camping. Omdat we toch ook nog wat voedsel moeten kopen bij de Safeway rijden we uiteindelijk pas om half 12 weg uit Lynnwood. We willen niet het risico lopen om verstrikt te raken op de steile weggetjes in en rond Seattle dus rijden we een stukje snelweg. Deze is erg druk en we zijn blij als we de  Hwy 405 bij Renwood kunnen verlaten en verder binnendoor rijden. Ook deze binnenweg naar Mount Rainier National Park is enorm druk. Het lijkt erop dat iedereen die vrij heeft van deze opnieuw schitterende dag wil genieten en een rondrit maakt langs Mt. Rainier, de met gletschers bedekte hoge witte sneeuwberg die je bijna overal vanuit Seattle kunt bewonderen.

Zich op Mount Rainier
Zicht op Mount Rainier

Langzaam komen we er steeds dichter bij. Omdat het buiten zeker 28 graden is zetten we als we de steile hellingen beklimmen de verwarming hoog. Het heeft effect want de motor wordt wel warm maar kookt niet en evenmin gaan er dreigende rode lampjes branden. Veilig komen we na enkele foto-stops bij Cougar Rock campground in Mt. Rainier National Park aan. We vinden meteen een prachtig plekje waar we totdat de zon achter de bergen verdwijnt lekker in het zonnetje kunnen zitten. Daar het hoognodig tijd is dat ik weer eens wat schrijf kruip ik achter de laptop terwijl Dick leest en als de generator aangezet kan worden om vijf uur, ook de foto’s uitleest. Zodra de zon achter de bergen verdwijnt wordt het wel veel koeler maar nog steeds is het heerlijk om buiten te zitten. Een t-shirt en later een hoodie is echter wel aangenamer dan alleen een sporttop. Gelukkig is er geen fire ban zodat we tijdens onze smakelijke maaltijd (Dick heeft ons laatste portie Halibut bereid) lekker warm gehouden kunnen worden door het aangenaam brandende vuurtje .

Dit bericht is geplaatst in USA en CANADA 2014-2015. Bookmark de permalink.

2 Responses to Van Polson, Montana naar Washington State