Even naar Los Angeles en dan naar huis
Als we woensdag 10 december wakker worden schijnt de zon maar naast blauwe lucht zijn ook veel wolken aanwezig en warmer dan 10 graden is het echt niet. We hebben vandaag echter “clean up day” dus toch geen tijd om buiten in de zon te zitten. Snel na het ontbijt gaan we aan de slag. Dick wil de wasbakken opnieuw vast schroeven want die zitten los en ik ga buiten in het, inmiddels al warmere, zonnetje de bestek-lades poetsen want dat is echt hoog nodig. Nadat Dick klaar is met de wasbakken en ook nog wat andere dingen heeft vastgezet die in de loop van de maanden zijn losgetrild, ga ik de camper binnen poetsen terwijl Dick buiten op het asfalt ons nieuwe tapijt op maat snijdt. Het blijkt toch wel lastig want ook dit tapijt, gemaakt van plastic flessen, is erg dun en verschuift makkelijk. Toch lukt het want als de camper vloer weer schoon en droog is kan Dick het tapijt binnen verder op maat maken en rond drie uur zijn we (opnieuw) de trotse bezitters van een schone camper met nieuw tapijt. Eigenlijk zouden we helemaal geen tapijt moeten neerleggen omdat de camper dan beter schoon te houden is maar dat betekent, zeker in dit jaargetijde, dat het binnen kouder is en ijsvoeten, zelfs met “bontcrocs” aan, niet opwarmen. Nadat Dick ook nog even onze buurvrouw helpt om een gat in het dak van haar trailer te repareren, waarbij het deksel van een yoghurtpot wonderen verricht, lopen we naar de hot-tub op de campground waar we lekker weken in het hete water.
Erg lang houden we dit niet vol en al na 20 minuten lopen we weer terug naar de camper, trekken schone kleding aan en wandelen naar Sam’s Town, zo’n kilometer van Roadrunner RV park. Als we daar aankomen is het al vijf uur en daar we van al dat poetsen en weken in de tobbe toch wel trek hebben gekregen lopen we naar de rij voor het buffet. We praten wat met onze voorbuurvrouw die net in Alaska geweest is en ons haar belevenissen verhaalt zodat we, voor we er erg in hebben en na slechts een half uurtje wachten, aan de beurt zijn om de eetzaal te betreden.
Mijn spelerskaart, waar overigens nog nooit mee gespeeld is, werkt weer niet op de kassa terwijl ik nu toch echt de goede code heb ingetikt, maar desondanks krijgen we het buffet voor de goedkope prijs. Alhoewel het eten niet van hoogstaande kwaliteit is, smaakt het goed en natuurlijk eet ik te veel. Er is ook zoveel lekkers te krijgen. Mijn probleem zit met name in het dessert buffet met heerlijke suikervrije gebakjes die telkens naar meer smaken. Het is maar goed dat we niet maanden achtereen bij een casino staan, ik zou hier dichtgroeien. Gelukkig lopen we ook nu weer enige tijd na onze maaltijd door het casino waar Dick zelfs 4 dollar wint op een 1 cent slotmachine. Donderdag 11 december is het zwaarbewolkt. Gelukkig wel droog want de “Pineapple Express,” een storm die vanuit Hawaï in aantocht is, heeft Vegas nog niet bereikt. De hele ochtend besteed ik aan wassen en drogen maar om 12 uur staan we dan toch echt bij de bushalte. Helaas krijgt Dick dit keer geen senior korting, maar een ritprijs van 5 dollar voor 24 uur waarbij ook de busritjes over de strip inbegrepen zijn, is absoluut niet duur.
Een uur later staan we op de Strip, niet bij mijn favoriete Fashion Center vol met leuke winkels, maar aan het einde van de strip bij Mandalay. Een goed idee van Dick om hier pas uit te stappen want op dit deel van de strip zijn we nog nooit geweest. Er is geen blauwe lucht boven Vegas maar een dik wolkendek. Door de afwezigheid van wind is het niet echt koud en met een vest is het buiten goed uit te houden. We lopen door de casino’s, kijken onze ogen uit bij de Black Jack tafels, waar geld net zo snel in de kas van het casino verdwijnt als het wordt ingezet en lunchen in de Pyramide van Luxor want van al dat wandelen hebben we toch al trek gekregen. Uiteindelijk, nadat Dick enkele pogingen heeft gedaan wat te winnen op de slotmachines (ik heb hem “zelfs” 3 dollar gegeven om te gokken), arriveren we bij New York waar we de strip oversteken en verder lopen. Je merkt dat het toeristenseizoen voorbij is want het is beduidend stiller dan de vorige keren dat we hier geweest zijn.
Het wordt inmiddels schemerig, de zware bewolking trekt wat weg zodat enkele schapenwolkjes boven de Strip rood opkleuren. Langzaam lopen we verder, kijken natuurlijk weer even bij de fonteinen van het Bellagio die op (kerst) muziek dansen en arriveren dan bij een Outback restaurant waar we neerstrijken om opnieuw wat te eten. Het is inmiddels 6 uur en de Outback Steak en Alice Spring Chicken smaken bijzonder goed. Omdat ik graag nog even bij Macy wil kijken lopen we na onze maaltijd toch nog even de Fashion Mall in op zoek naar sporttops van Calvin Klein. Helaas zijn deze niet te vinden maar wel een donsjack wat ik na enkele malen passen toch graag wil kopen. Macy heeft een speciale actie zodat ik naast 30 % nog wat extra korting krijg en uiteindelijk slechts 100 dollar voor dit mooie Calvin Klein donsjack betaal. Zeer verguld met mijn nieuwe aankoop (volgens Dick stoppen vrouwen nooit met kopen) lopen we naar de bus die ons naar Boulder Highway brengt. Vrijdag 12 december waait het hard en zien we alleen zwarte bewolking. De tropische storm is nu echt gearriveerd. Terwijl we dwars door Vegas rijden houden we het nog droog maar zodra we de Interstate oprijden begint het te regenen en wakkert de wind verder aan. Het is geen pretje op de weg met alle langs razende vrachtwagens, dus zijn we blij als de afslag zich aandient die zuidelijk naar de Mojave desert leidt. De weg dwars door de woestijn is erg slecht en zit vol met kuilen en gaten die nauwelijks zijn te ontwijken zodat we over de weg bonken. Niet echt een aangenaam gevoel. We wilden hier midden in de desert overnachten maar met al deze regen en wind is dat niet echt aanlokkelijk zodat we doorrijden naar Joshua Tree National Park.
Gelukkig klaart het in de middag op en met een waterig zonnetje arriveren we in dit prachtige Nationale Park. We hebben weliswaar verder gereden dan de bedoeling (309 km) maar kunnen de camper nu wel op een schitterend plekje neerzetten. We zitten op een hoogte van 1300 meter en het is 12 graden dus buiten zitten is niet echt aangenaam. Desondanks lopen we om zeven uur naar het Amphi-theater in het park waar de Ranger een praatje houdt over de natuur in dit park. Ondanks het feit dat het een boeiende lezing is wordt het wel steeds kouder (de temperatuur daalt naar 6 graden) zodat we blij zijn dat we ons dikke ski ondergoed, jas en bodywarmer aan hebben én op een deken zitten. Het duurt niet echt heel lang voor we in slaap vallen bij terugkeer in de camper, rozig als we zijn van de buitenlucht. Zaterdagochtend is de lucht staalblauw, het is echt schitterend weer. We rijden de weg dwars door Joshua en genieten van de prachtige Joshua Trees die hun takken ten hemel heffen. Buiten het park gekomen klimmen we via een steile weg de bergen in, die ons uiteindelijk, na een afdaling waar geen einde aan lijkt te komen, in Los Angeles brengt.
Op Balboa RV park, slechts 20 mile van de Airport verwijderd, vinden we een plekje. Het is een echte stadscamping maar niet onaangenaam om te verblijven en er wonen veel acteurs en actrices. Dat laatste is niet verwonderlijk als je in Los Angeles verblijft. Naast de camping staan de studio’s waar o.a. “Hells Kitchen” wordt opgenomen en dus zijn ook verschillende technische medewerkers bewoners van de camping. De reden dat we hier naar toe gereden zijn is dat we willen weten of het mogelijk is iemand met een camper af te halen van het vliegveld zodat we zondagmorgen, na lekker tot half acht te hebben uitgeslapen, naar Los Angeles International Airport rijden. We rijden enkele rondjes in en om de vele gate uitgangen en vinden dan uiteindelijk, net buiten de airport, een plekje waar we met de camper kunnen wachten tot de aankomst van het vliegtuig van Thecla en Thomas op 10 januari. Blij dat we ons goed georiënteerd hebben op deze plek rijden we over zeer drukke 6 baans autowegen verder naar het oosten en uiteindelijk laten we de stad Los Angeles achter ons. Pas na de middag breekt een waterig zonnetje door de wolken waarna de temperatuur tot 14 graden stijgt. Wij stijgen echter ook langzaam want zijn inmiddels de bergen genaderd en klimmen hoger en hoger. Aangekomen in Joshua (weer op 1300 meter hoogte) genieten we van de middagzon die de vele enorme rotspartijen zo schitterend beschijnt en rijden opnieuw naar Jumbo Rocks campground waar voldoende plek is om te overnachten. Gelukkig gaat de wind wat liggen als de duisternis invalt zodat het mogelijk is de heldere sterrenhemel te bewonderen, zonder te bevriezen.
Helaas is het maandag 15 december bewolkt als we door Joshua naar het zuiden rijden. We rijden weer door het grote niets, door de Colorado Desert en later de Mojave Desert. Om ons heen is geen levend wezen te bekennen, uitsluitend wouden van windmolens, honderden staan hier, desondanks boeit de oneindigheid en leegte van het landschap ons. Na enkele uren rijden komen we weer in bewoond gebied, we naderen de Colorado river en als we deze hebben overstoken zijn we opnieuw in Arizona en in een andere tijdszone. We hebben een uur verloren, in plaats van 13:00 uur is het al 14:00 uur in de middag. Na in het stadje Parker enkele levensmiddelen te hebben ingeslagen rijden we langs de rivier naar het noorden. Niet ver buiten Parker zien we een County park liggen waar we gaan kijken. Aan de Colorado River is een prachtig plekje (met electra) waar we kunnen staan en als er ook nog Wifi blijkt te zijn (we vinden het heerlijk om regelmatig onze mail te kunnen lezen) is de keuze snel gemaakt om hier te blijven.
Net als we ons geïnstalleerd hebben achter onze laptops komen onze buren, Roy en Sheila uit Utah, terug van een wandeling en nodigen ons uit buiten wat te komen drinken. Ze hebben een met lavastenen gevulde schaal staan waar, brandend op propaangas, een heerlijk warm vuur in brandt. Het is buiten best koud, maar rond dit vuur zittend is het aangenaam warm en tot bijna half 12 ’s nachts praten, eten en drinken we heel gezellig met elkaar. Als we dinsdag 16 december opstaan staat de zon aan een staalblauwe hemel. Het is zo lekker buiten dat we besluiten nog een dagje langer op deze aangename campground te blijven. We zijn toch niet heel erg ver van Phoenix verwijderd. Het geeft mij de mogelijkheid weer iets voor de website te schrijven en Dick kan de buitenzijde van de camper weer eens poetsen. Helaas maakt de staalblauwe lucht eind van de ochtend plaats voor bewolking maar in de luwte van de camper is het nog zo’n 16 graden dus is het buiten, met hoodie aan en omringt door hordes kleine vogeltjes, goed toeven.
In tegenstelling tot dinsdagochtend is het woensdag 17 december zwaar bewolkt maar het is droog dus we kunnen op ons gemakje water vullen en dumpen. Na nog wat inkopen te hebben gedaan in het stadje Parker en propaangas te hebben getankt rijden we de woestijn in waar het na enkele kilometers begint te regenen. Gelukkig stopt deze in Hope (mijn favoriete steden naam) maar veel wolken hangen tot op de grond dus erg veel van de grote leegte om ons heen zien we niet. We hebben op de kaart grijze weggetjes gevonden die ons in een bijna rechte lijn naar het zuid westen leiden maar op een gegeven moment weigert de Hakuna deze wegen nog verder te tonen. Snel blijkt waarom, ze zijn zo enorm slecht en zitten vol met gaten dat er praktisch niet overheen te rijden valt. Derhalve pakken we een stuk Interstate en pas als de Hakuna zegt dat we weer grijs kunnen rijden slaan we weer af. De wolken trekken in de middag gelukkig wat op waarna blauwe lucht en zon tevoorschijn komt. Heerlijk om ons te warmen. In Gila Bend zoeken we een camping maar komen uiteindelijk terecht op een stuk grond achter een Shell station waar “mr. Shell” een campground heeft gemaakt. Nu ja, campground, het stelt niet echt veel voor, een stuk gravel, maar er zijn douches, een laundry, electra en water en zelfs Wifi en het is ook nog goedkoper dan onze beoogde campground. Terwijl Dick caches logt, de administratie bijwerkt en de mail leest ga ik twee wassen draaien. We willen immers zoveel mogelijk kleding schoon hebben voor we naar huis vliegen. Met name het drogen kost wat tijd omdat één droger niet echt goed werkt maar tijd hebben we eigenlijk altijd genoeg en geld voor niet functionerende drogers wordt altijd direct gerestitueerd. Als ik eindelijk alle schoon goed heb opgevouwen kunnen we nog even in het zonnetje van de laatste stralen genieten voor deze achter de wolken en horizon verdwijnt en helaas buiten zitten er niet meer bij is. We eten simpel, gehaktballetjes in gravy met stokbrood en sla en duiken daarna in onze boeken. Ik ben weer verdiept in een Clive Cussler. Heb net een aantal boeken gelezen die over de Amish en hun leven verhaalden en heb daar even genoeg van. Opnieuw vliegt de avond om.
Donderdag gaat de wekker om half acht, ik wil graag met tante Ank skypen. Helaas lukt het niet haar te pakken te krijgen maar wel bereiken we Lydia en Beno uit Zwitserland die in een State Park net ten noorden van Phoenix zitten. We spreken af elkaar vanavond in Organ Pipe National Monument te treffen. Zij zijn op weg daarnaar toe en wij hoeven slechts 130 km te rijden om daar ook te arriveren. Langzaam rijden we naar het zuiden waarbij het weer steeds verder opklaart en de zon feller gaat schijnen. Natuurlijk komen we veel “Border Patrol” controles tegen maar we zitten dan ook dicht op de Mexicaanse grens. Om één uur rijden we Organ Pipe binnen waar we een praktisch lege campground treffen. Snel vinden we een mooi plekje en na nog even bij het Visitor Center langs te zijn geweest gaan we heerlijk buiten in het zonnetje zitten. Er waait wel een koud windje maar als dat zo nu en dan even gaat liggen is het direct lekker warm, 20 graden. Om ons heen staan schitterende cacteeën en het is hier goed toeven. We zitten nog wel in de USA, maar daar denkt ons mobile anders over want die heet ons hartelijk welkom in Mexico. Dat we pal aan de grens zitten blijkt ook uit het feit dat overal gewaarschuwd wordt je niet met vreemden in te laten en als je vreemde mensen ziet, zeker als ze jerrycans of zakken bij zich hebben, moet je direct de Border Patrol of een Park Ranger waarschuwen. Eten, drinken of een lift geven is eveneens niet verstandig, maar gelukkig komen we op ons korte middagwandeling in ieder geval geen illegalen tegen. We waren niet van plan om hier voor januari te komen, maar het is hier zeker met de fel schijnende zon erg aangenaam en ook vinden we het heel erg leuk om straks Lydia en Beno te kunnen begroeten, die bijna tegelijkertijd met ons aan hun trektocht van een jaar door Noord Amerika zijn begonnen alhoewel zij Halifax, Canada als startpunt hadden.
Eind van de middag zien we een bekende camper de campground oprijden, Lydia en Beno zijn echt gearriveerd. Het is gelukt elkaar toch nog te treffen en dat terwijl we beiden zo’n enorme reis maken. We genieten nog even van het zonnetje buiten maar als het buiten te koud wordt trekken we ons terug in de camper waar we luisteren naar elkaars verhalen over dit boeiende continent en natuurlijk samen een feestmaal nuttigen. Helaas wordt het vrijdag 19 december al weer tijd om afscheid van elkaar te nemen. Wij vliegen immers a.s. maandag terug naar huis en willen niet als een gek naar Phoenix racen. Nadat we samen nog wel een cache gezocht hebben in dit National Monument en genoten hebben van de overal aanwezige cacteeën, verlaten we, uitgezwaaid door Lydia en Beno, die hier nog enkele dagen zullen blijven, dit wonderschone park aan de Mexicaanse grens. De afstand naar Florence is niet echt erg lang en leidt ons (natuurlijk) dwars door de woestijn. We vinden een Indian Road die verrassend goed berijdbaar is, zodat we, voor we er erg in hebben, bij Desert Garden RV park arriveren. Dit keer slapen we niet in het RV-park met de spiedende oudjes, maar in een aangrenzend park. Het blijkt veel aangenamer, we hadden hier de vorige keer direct naar toe moeten gaan. Nadat ik onze laatste wassen dit jaar heb gedraaid is het bijna avond en genieten we van de laatste zonnestralen die de hemel roodkleuren. Zaterdag slapen we uit want pas om 8 uur worden we wakker.
Voor we onze tocht voortzetten willen we even rondkijken in de “prison outlet” van Florence. Alhoewel het een historisch stadje is lijkt het nu alleen te bestaan dankzij de aanwezige gevangenissen, we hebben al drie enorme gevangenis complexen geteld. De store zou open moeten zijn maar alle deuren zitten potdicht. Het bordje “back in a minute” hangt weliswaar op één van de deuren maar als niemand, na even wachten, komt opdagen zetten we onze reis naar het noorden toch maar voort. Ook vandaag hoeven we niet ver te rijden naar Lost Dutchman State Park wat maar goed is want wanneer we daar om 11 uur arriveren blijken er haast geen vrije plekjes meer te zijn. Gelukkig wordt één van de Camp-hosts pas op 2 Januari verwacht en daar wij slechts één nacht blijven kunnen we op diens (ruime) plekje staan. Nadat we heerlijk buiten in een (waterig) zonnetje koffie hebben gedronken zoekt Dick onze weekendtas en ga ik uitzoeken wat mee terug naar huis mag. Ondanks het feit dat we in oktober al twee weekendtassen vol met (overbodige) spullen mee naar Holland hebben gebracht blijkt er nog teveel in de camper te liggen en de tas raakt snel gevuld. We maken tegelijkertijd ook alvast twee kastjes leeg zodat Thecla en Thomas in ieder geval een plekje hebben om wat kleren kwijt te kunnen. Uiteindelijk voelt de tas zo zwaar dat er niets meer bij kan, staat de handbagage ook gepakt met spullen en kunnen we weer lekker in onze spannende boeken duiken. Ondanks het feit dat we zondag 21 december heerlijk kunnen uitslapen zijn we al vroeg op. We vullen water én dumpen alle grey- en black water en rijden dan op ons gemakje weg.
Net buiten de campground is een oude “Goldtown” waar we al enkele malen langsgereden zijn maar nog nooit rondgekeken hebben dus buigen we even af. Zelfs nu op zondagochtend is het er al druk en terwijl de kerkklokken luiden om de aanwezige mensen naar de kerk te lokken, kijken we rond in dit (naar mijn gevoel) niet echte mijnstadje. Desondanks is het wel even leuk om er rond te lopen. Tegen het middaguur zetten we onze rit naar de grote stad voort. Wanneer we langs een Lowe rijden (een enorme doe het zelf winkel) stoppen we, deze winkel heeft namelijk altijd sterk Wifi. Het biedt ons de gelegenheid om in te checken. Nadat we eindeloos bezig zijn gegevens in te vullen en ook onze printer hebben aangesloten om de boarding passen uit te printen blijkt dat de incheckprocedure niet lukt omdat onze paspoorten niet bekend zijn bij United Airlines. Morgen zullen we derhalve alsnog op het vliegveld moeten inchecken. We zijn benieuwd of onze stoelen wel vast blijven staan. We rijden verder door de enorm uitgebreide stad Phoenix tot we bij de Walmart arriveren waar we in ieder geval een bagageweger kopen om onze zwaarbeladen tas te kunnen wegen (die uiteindelijk precies 50 pound zwaar blijkt te zijn, het maximaal toegestane gewicht). We hebben klaarblijkelijk deze zondag heel wat getut want als we even later bij Sam’s arriveren, de groothandel waar we vannacht op het parkeerterrein overnachten, die zich vlakbij deze Walmart bevindt, is het al 4 uur en bijna donker. Opnieuw staan we moederziel alleen helemaal achterin aan de zijkant van de groothandel maar het lijkt geen onveilige plek dus we slapen als rozen. Helaas is onze nachtrust niet heel erg lang want maandag 22 december om 5 uur rukt de wekker ons uit een diepe slaap. Veel te vroeg volgens Dick maar ik maak me altijd zorgen of we wel op tijd komen dus heb de wekker zo vroeg gezet. We eten snel een boterham, ik gooi ons laatste vuil weg terwijl Dick de fietsen van de camper haalt en deze binnen in zet en daarna rijden we naar de stalling die slechts 3 mile van ons vandaan is. Het is op dit tijdstip van de dag nog erg rustig zodat we iets over zessen al bij het hek van de storage staan wat, zoals Dick had voorspeld, gewoon open gaat. Nadat we de camper op het ons toegewezen plekje hebben geparkeerd en naar de ingang van de storage zijn gelopen staan we om kwart over zes al buiten het hek te wachten op de shuttle bus. Het is nog niet echt lekker warm zodat we blij zijn met onze donsjacks en de warmte die de vele lampen bij de ingang uitstralen. We hadden veel langer kunnen genieten van ons lekkere warme bedje want de shuttle arriveert op de afgesproken tijd, half acht en we zijn dan ook iets over achten bij Sky Harbor Airport. Onze tas is zo ingecheckt en nadat wij door de controles gegaan zijn hebben we nog ruimschoots de tijd om een cappucino te drinken voor ons eerste vliegtuig vertrekt. De vlucht naar Houston is niet heel erg lang en laat ons genieten van een landschap waar we zo nu en dan bekende punten zien. We vliegen immers over een gedeelte waar we eerder dit jaar al zijn doorgereden.
In Houston zetten we stevig de pas erin want we hebben slechts 40 minuten overstaptijd maar dankzij het feit dat de gates slechts 15 minuten uit elkaar liggen lukt het net op tijd bij onze nieuwe gate te arriveren. Dat denken we in ieder geval. Er blijkt niet geboard te worden omdat er een probleem met de “hydrolics” is en pas na drie uur wachten én naar een andere gate en vliegtuig te zijn gedirigeerd mogen we dan toch eindelijk ons nieuwe vliegtuig in en kan de reis naar Holland beginnen. Er zijn enkele leuke films te zien en we slapen ook nog wat uurtjes zodat we voor we het weten dinsdagochtend 23 december om half tien op Schiphol landen. De rijen in deze kerstperiode voor de douane zijn eindeloos lang maar dat geeft als voordeel dat, wanneer we bij de bagageband aankomen, onze tas al rondjes draait zodat we bijna direct daarna in de trein naar huis kunnen stappen.
2 Responses to Even naar Los Angeles en dan naar huis