Vakantie in Duitsland en Frankrijk, september 2021

Vakantie in Duitsland en Frankrijk, september 2021

Birthday Tita

We hebben het de afgelopen weken best druk gehad dus had ik weinig tijd om weer eens na te denken over een reisplan maar nu het einde van de maand Augustus nadert voel ik het reisvirus weer opkomen en nadat we samen met Hannah en Henk mijn verjaardag hebben gevierd in hun vakantiehuis in Noordwijk, waar we getrakteerd worden op verrukkelijke, door Henk zelf gebakken Pizza’s, halen we de camper uit de stalling.

Wanneer we thuis arriveren blijkt het stuk van de parkeerplaats dat we vanochtend afgezet hebben ook deels gebruikt te worden door de caravan van een onzer buren. En eigenlijk is het afgezette stuk niet groot genoeg voor én onze camper én hun caravan maar als de buurman schuin in de vakken gaat staan en wij ook, past het net en kunnen we beginnen met onze spullen in te laden.

Dick fits size our Duvet

En dat is best veel want de afgelopen dagen heeft Dick nog onze dons dekbedden smaller gemaakt, waardoor ook de hoezen van die dekbedden versmald moesten worden en ben ik bij de groothandel nog onderlakens gaan kopen die beter om onze matrassen passen. Maar tegen de avond is, op het eten na, alles ingeladen. Vertrekken doen we echter nog niet. Eerst willen we nog langs de garage om onze slotbouten te laten monteren. Nadat Dick gebeld heeft of deze er zijn verneemt hij dat ze nog immer niet aangekomen zijn. Ergens zitten ze vast in een container, mogelijk in een Chinese haven en dus vertrekken we toch eerder dan gepland en wel op zaterdagochtend 28 augustus. Eigenlijk komt dat wel goed uit want nu kunnen we nog even inkopen doen in Bruggen, Duitsland waar we ook de eerste nacht zullen doorbrengen. Het is mooi weer, alhoewel niet echt warm, slechts 17 graden en gaande de dag valt er ook nog wel eens een buitje maar het weerhoudt ons niet om een heerlijk rondje te lopen in het centrum van Bruggen. Als we eind van de middag terugkeren wandel ik ook nog naar een drogerie om medische mondkapjes te kopen. Die zijn in Duitsland namelijk verplicht en voor het geval dat we ergens komen waar onze gewone mondkapjes geweigerd worden hebben we altijd nog een echt medisch mondkapje. Natuurlijk halen we ’s avonds bij de winkel aan de overzijde een heerlijke kebabschotel en drinken alcoholvrij Duits bier. Waardoor weet ik niet maar we zijn allebei best moe dus liggen we vroeg in bed en als we zondagmorgen wakker worden blijkt het al 9.15 te zijn. Ik heb 12 uur geslapen. We ontbijten met oud brood maar eigenlijk was dat niet nodig geweest want de bakker in de Rewe, ook aan de overzijde van de straat, is gewoon open. Maar zoals Dick zegt, het oude brood moet ook op. Op onze route (eerst naar het zuiden van Duitsland en vervolgens weer dwars door Frankrijk naar de kust, heb ik een geocache challenge ontdekt. Om deze te mogen loggen moet je van ieder jaar dat er geocaches verstopt zijn, dat is sinds het jaar 2000, een cache gevonden hebben. Door onze rondreizen in de USA hebben we weliswaar veel caches uit de verschillende verstopjaren gevonden maar de oudste geocache uit 2000, verborgen ergens in Oregon, staat nog op ons wensenlijstje. Voorlopig zullen we deze echter niet kunnen zoeken omdat de grenzen met de USA nog steeds gesloten zijn voor Europeanen. En dus zijn we op zoek gegaan naar zo’n oude geocache in Europa en hebben deze gevonden ten noorden van Bouillon, België en dus hebben we onze route aangepast en rijden vandaag naar België.

Sculpture group in Namur

Ik ben van mening dat we op onze weg naar Mettlach niet hoeven om te rijden om deze geocache te vinden, maar Dick is een andere mening toegedaan en als ik later op het kaartje kijk moet ik toegeven dat hij wel een beetje gelijk heeft. In Namur, België, stoppen we. De camperplek is vlakbij het centrum gelegen zodat we, nadat de camper goed staat, daarnaartoe wandelen. De stad bestaat uit leuke smalle straatjes volgebouwd met terrasjes, mooie pleinen en aparte beeldengroepen. Het is heerlijk hier rond te dwalen. Helaas is het weer wat minder, grijze lucht en somber, want met staalblauwe lucht en zon zou de verleiding om op een terrasje te gaan zitten groter zijn. Maar we mogen niet klagen want het is droog en met 17 graden is het geen slechte temperatuur om rond te wandelen. Helaas zien we, als we eind van de middag weer terugkeren bij de camper, dat er nergens in de buurt eettentjes open zijn zodat we zelf maar koken. De braadworst met boontjes en aardappelen uit de oven smaken prima. Aan het begin van de nieuwe week, maandag 30 augustus, ontbijten we opnieuw met oud brood, nu ja, Dick eet het laatste restje brood en ik neem lekker een kom yoghurt met vruchten en daarna vertrekken we om half 10 uit de stad Namur.

The first European mainland cache

Op naar de ontbrekende geocache uit het jaar 2000 op de coördinaten N 50.00.000 en E 005.00.000.
De weg voert ons over smalle wegen door de bossen van de Ardennen en ik maak me zorgen over een parkeerplekje want de weg is erg smal en er is nergens een berm. Maar als we bij de aangegeven coördinaten arriveren blijkt er een uitrit van een bospad te zijn waar we de camper kunnen neerzetten en na een klein stukje wandelen door het bos vinden we de oudste geocache van het Europese vasteland die nog vindbaar is en geplaatst is op 7-7-2000. We hebben nu uit elk jaar dat geocaching bestaat een geocache.

Na natuurlijk de benodigde foto’s te hebben genomen rijden we verder en in Bouillon zetten we de camper neer op de parking achter het kasteel van Bouillon. Alhoewel er nog steeds veel bewolking is zien we ook regelmatig de zon verschijnen.

The Castle in Bouillon

Natuurlijk klimmen we de berg op naar het kasteel en dalen aan de andere zijde er ook weer af om vervolgens het stadje Bouillon te doorkruisen en aan de overzijde weer een berg te beklimmen wat ons zelfs een nog mooier uitzicht biedt op het kasteel. Van al dat klimmen en afdalen krijgen we best wel wat dorst en omdat ik vergeten ben om water mee te nemen (en Dick mij daar ook niet op heeft geattendeerd) gaan we, als we weer beneden in het stadje gearriveerd zijn eind van de middag, lekker op een terrasje zitten. Ik kan jullie vertellen dat de koffie en taart ons bijzonder goed smaakt.
Eind van de middag zijn we weer terug bij onze camper en naast en tegenover ons staan nog twee andere Frankia campers. Een hele bijzonderheid want van dit merk kom je niet zoveel campers tegen dus kletsen we samen langere tijd over onze campers en zijn het erover eens dat het wel een zeer goede camper is. Na de koffie met gebak hebben we niet meer zoveel trek dus als we toastjes met Franse kaas op hebben hoeven we niet meer te koken.

Passing the Medieval bridge in Bouillon

Dinsdag morgen rijden we over stille wegen verder naar Luxembourg. De zon schijnt volop en het is zeker 19 graden. Eindelijk is het grijze wolkendek wat al zolang boven Europa hangt wat gebroken. Op de berg boven Remich in Luxembourg stoppen we op een prachtig uitzichtpunt over de rivier de Moezel en de stad en we genieten. Natuurlijk tanken we vol in Luxembourg waar de diesel nog immer goedkoper is dan in de omringende landen maar wel moeten we constateren dat het hele goedkope ervan af is. Daar Mettlach slechts 30 km verderop ligt arriveren we er eind van de ochtend en zetten de camper op zijn plekje. Het is druk op de parkeerplek maar toch vinden we een mooi plekje vooraan. Nadat we ons parkeergeld bij het toerist office betaald hebben (we hebben nog steeds geen zin om via een app op de mobile te betalen) wandelen we door het stadje, kijken bij de outlet stores en we beklimmen ook even de heuvel achter het centrum om te genieten van het uitzicht over Mettlach.

Dinner in Mettlach

Om 6 uur wandelen we naar het terras van de brouwerij. Er is voldoende plek en uit de wind valt de temperatuur ook mee zodat we tijdens de maaltijd onze meegebrachte dons jacks niet hoeven aan te trekken. Opnieuw smaakt de maaltijd heerlijk. Dick geniet van zijn steak en mijn schnitzel met champignons en saus smaakt ook overheerlijk. De buitenlucht (of is het ons bier) maakt echter wel slaperig zodat we al om 10 uur onder zeil zijn. Natuurlijk blijven we ook woensdag 1 september nog in Mettlach en nadat we heerlijk ontbeten hebben met verse croissants pakken we de fietsen. Ondanks het feit dat we in de omgeving al diverse fietstochten gemaakt hebben blijken we nog een berghelling te hebben gevonden waar én caches verstopt én uitdagende boshellingen zijn. We zijn al gewend om te klimmen in deze omgeving maar de huidige berghelling blijkt weer wat moeilijker te zijn dan de voorgaande hellingen. Dick wijst ons weer feilloos de weg over vaak haast onmogelijk steile paadjes die vol liggen met stenen en boomwortels.

Woodcarving

Uiteindelijk bereiken we een plaats waar een bijzondere cache is verstopt. Een prachtig houtsnijwerk gemaakt van een restant van een boom. Maar de turbo stand van de E-bike sleurt ons naar boven en we hebben een leuke tocht. Tot we weer het bos uitrijden. We hebben nog een laatste steile klim waarbij ik met fiets en al omval doordat ik voor een dikke op het pad liggende tak moet uitwijken. Gelukkig is de bosgrond zacht en bezeer ik me niet maar mijn E-bike weigert verder iedere dienst en op mijn display verschijnt de tekst: “motor in error”.  We boffen dat de terugkeer naar de camper alleen maar heuvelafwaarts is want de steile hellingen op onze heenweg had ik nu niet kunnen bedwingen. In het stadje aangekomen stoppen we bij een bedrijfje wat ook fietsen verkoopt maar deze doet niet aan reparaties.

Daarvoor moeten we naar Merzig, zo’n 10 km verderop, dus rijden we door naar de camper. Wat Dick ook probeert, hij krijgt geen beweging in de fiets en dus zoeken we het adres van een fietsenmaker in Merzig zodat we daar morgen langs kunnen gaan. Als ik mijn zusje Hannah’s avonds vertel dat mijn E-bike niet meer werkt geeft ze ons de tip naar een metalen stangetje in het achterwiel te kijken. Dat kan wel eens uit het lood staan en veroorzaakt daarmee dat snelheid niet meer aangegeven wordt noch de ondersteunings-motor functioneert. Zowel zij, als Henk hebben al meegemaakt dat toen de fietsenmaker dit stangetje rechtboog de e-bike weer functioneerde. Daar we op dat moment heerlijk genieten van onze maaltijd bij de brouwerij (ja, alweer) kunnen we er pas naar kijken als we weer bij de camper terug zijn. Alhoewel we weinig fiducie hebben in de oplossing buigt Dick zich toch over het uitsteeksel en zo waar, de E-bike wil weer ondersteuning geven. Na enkele rondjes fietsen over het parkeerterrein weten we met grote zekerheid dat we morgen echt niet naar een fietsenmaker hoeven te gaan. Het probleem van mijn E-bike is opgelost.

Buying juice

Donderdag 2 september rijden we na ons ontbijt wel even naar Merzig maar dat is omdat we van Richard vernomen hebben dat Rewe het Fruehstueck sap in de reclame heeft en de dichtstbijzijnde Rewe is nu eenmaal in Merzig. We willen dat sap nu kopen want vanaf hier rijden we weer Frankrijk in en als we terugkeren naar Duitsland is de reclame weer voorbij. Gelukkig zijn er nog 9 flessen sap in de winkel, we kopen de gehele voorraad op, en rijden dan door naar Hatten in France waar we bij een oorlog museum een grote parking vinden waar je mag overnachten. Het ligt aan de rand van het stadje en er is volop plaats.
We hebben eigenlijk geen zin om in het museum rond te wandelen. In de nabijheid hebben we eerder Fort Schoenenburg bezocht (zeer aanbevelingswaardig) en we denken niet dat dit museum er veel aan zal toevoegen, dus wandelen we het stadje in.
Het is niet echt bijzonder en beiden vinden we het hier saai dus als we op een terrasje genieten van een stuk taart met café au lait, besluiten we morgen te vertrekken en naar het dichtbijgelegen Wissembourg te rijden.

Colorfull Wissembourg

Dit stadje blijft pittoresk en is gezelliger. Voor we op het terras mogen zitten moet wel eerst onze “pass sanitaire” gecontroleerd worden. Het is de eerste keer dat we onze QR-code moeten laten zien. Je krijgt deze code als je volledig gevaccineerd bent, minder dan 24 uur geleden getest bent danwel genezen bent van Corona. Alhoewel het 21 graden is voelt het wel koel aan omdat er een fris windje waait dus als we terug zijn bij de camper blijven we lekker binnen zitten. Ik ga er alleen ’s avonds nog even op uit om in het stadje een kebabmaaltijd te halen die gelukkig lekker smaakt. ‘s Avonds is het doodstil op deze parking, er is geen verkeer noch enige andere menselijke aanwezigheid. Zoals afgesproken rijden we na het ontbijt, met natuurlijk weer vers Frans stokbrood, naar Wissembourg. Dit stadje ligt slechts 25 km ten noorden van Hatten en we arriveren er dus vroeg wat maar goed is want nu kunnen we op het overvolle parkeerterrein bij het zwembad nog net het laatste plaatsje bezetten. Het is druk met campers en alle andere plekjes worden bezet door toeristen die hier hun auto parkeren en rondlopen of fietsen. Vanochtend bij het dumpen van ons black water heb ik per ongeluk de dop van onze toiletcassette in de afvoer geschopt, die direct in het rioleringssysteem rolde en met geen mogelijkheid meer te pakken was, dus onze eerste taak is om ergens een nieuwe dop te kopen. We hebben gelukkig twee toiletcassettes dus we zitten niet direct zonder dop maar als we onverhoopt de tweede cassette moeten gebruiken moeten we die met plasticfolie afsluiten. Als ik op internet kijk zie ik dat niet ver van Wissembourg, in Bad Bergzabern, net over de grens, een Fritz Berger zaak is die naast kampeerartikelen ook losse onderdelen verkoopt dus mogelijk kunnen we daar een nieuwe dop kopen.

Grapes ready to pick

Het is ook een leuk fietstochtje naar Bad Bergzabern want het pad dat Dick heeft uitgekozen is weliswaar erg hobbelig en rotsachtig maar voert ons dwars door de druivenvelden en omdat de maand october nadert hangen de druiven vol met schitterende trossen. Uiteindelijk arriveren we in Bad Bergzabern bij de camping markt waar weliswaar een wc-cassette dop is maar voor een andere serie en de verkoper weet niet of deze dop ook op onze toiletcassette gaat passen dus kopen we hem uiteindelijk toch maar niet. Het is warm geworden en de zon schijnt volop dus even een pauze op een terrasje van de bakker is niet te versmaden en gesterkt door een koffie en een heerlijk gebakje rijden we weer terug.

Biking through the wine fields

Op de terugweg rijden we weer hele stukken over hobbelwegjes door de druivenvelden maar ook moeten we enkele zeer steile hellingen beklimmen. Dat het rechtbuigen van het staafje in mijn wiel geholpen heeft blijkt nu wel want mijn ondersteuning motor draait op deze, soms 19 % steile hellingen, overuren en werkt weer als een zonnetje. Hannah, je tip was dus goud waard.
Op de terugweg stoppen we nog even bij het Deutsche Tor, de toegang tot de Duitse Weinstrasse en na de nodige foto’s bij enorme wijnvaten zijn we weer snel terug in Wissembourg.

Daar bergen we de fietsen op en gaan nog even lekker buiten in het warme zonnetje zitten alvorens rond 6 uur het stadje in te wandelen. We zoeken naar een restaurantje. Degene waar we eerder hebben gegeten willen we niet meer bezoeken vanwege de schreeuwend dure wijn die ze ons in rekening brachten maar in de hoofdstraat vlakbij het centrale plein vinden we ook een gezellig terrasje met een menukaart die ons aanstaat.

Checking the QR-code

Natuurlijk moeten we eerst onze pass sanitaire laten zien. Heerlijk dat onze QR-code in de gehele Europese Unie geldig is en na goedkeuring gaan we lekker op het terras zitten. Daar is het, nu de avond valt aangenaam en steeds meer mensen weten hun weg naar dit gezellige terrasje te vinden. Het eten is ook erg goed en we genieten van deze zomeravond onder het nuttigen van een heerlijke Franse wijn en goed eten.
’s Avonds wandelen we weer terug naar de camper en genieten met een koffie na van deze heerlijke dag. Al vroeg liggen we in bed. Ik merk in ieder geval niet meer dat het 10 uur wordt.

Zaterdag 4 september zijn we bijtijds op, de lucht is al staalblauw en in het felle zonlicht wandel ik door het nog slaperige stadje naar de bakker in het centrum. Na het ontbijt pakt Dick onze fietsen en bevestigt onze zijtassen eraan en ik verzamel al ons wasgoed. Het is vandaag wasdag. Op internet hebben we aan het einde van het stadje een laverie ontdekt maar we willen er niet met de camper naar toe rijden. Bij terugkeer is er dan zeker geen plekje meer vrij voor onze 8 meter lange camper. Nu al rijden veel campers af en aan om een plekje te zoeken. Daarnaast zoeken ook veel automobilisten een plekje op deze parking om vervolgens naar het zwembad aan de overzijde te lopen.

Laundromat in Wissembourg

Dus worden onze fietsen beladen met wasgoed en waspoeder en fietsen we naar het einde van de stad. Er zijn enkele machines in bedrijf maar hun programma is bijna ten einde en al snel kunnen we de benodigde machines vullen. We hebben twee 14 kilo machines nodig en al snel draaien die op volle toeren. Het washok staat in de volle zon en het is er bloedheet en ook het zitten in de volle zon op de stenen voor het gebouwtje is niet aangenaam door de hitte dus wachten we, zittend op een vangrail in de schaduw van enkele bomen, tot al ons wasgoed gewassen en gedroogd is. Nog even alles opvouwen en dan weet Dick alles weer keurig in onze fietstassen te stouwen en fietsen we terug naar de camper. Omdat het nog vroeg in de middag is besluiten we nog een wandeling door het stadje te maken. Dit keer komen we toch nog op plekjes waar we niet eerder geweest zijn. We zijn blij dat we regelmatig de schaduw van bomen kunnen zoeken. Het is echt warm, 28 graden.

Dinner outside in Wissembourg

Om 5 uur zijn we weer terug en zitten nog even buiten in de schaduw voor we om half 7 weer naar het stadje wandelen en opnieuw bij “La Rose” gaan zitten op het terrasje.
Dit keer is er geen controle van onze QR-code, we worden direct herkend. Opnieuw eten we weer voortreffelijk. En we boffen met het warme zomerweer ook al is de maand september al aangebroken.
‘s Avonds ontdekt Dick dat de plaats waar we morgen naar toe willen rijden, Oberreichenbach in Duitsland, niet echt geslaagd is omdat het restaurant waar we willen eten en overnachten, op de eerste zondag van de maand gesloten is.
Dus kijken we naar een andere bestemming en dat wordt Freudenstad maar voor we daarnaartoe rijden dumpen we eerst ons grey- en black water in Hatten.
De weg naar Freudenstadt is erg mooi en voert ons door steeds bergachtiger gebied. We zijn dan ook in het Schwarzwald aangekomen. In Freudenstadt is nog volop plek ondanks het aantal campers wat er al staat en we parkeren de camper.

Motorhome parking in Freudenstadt

Binnen 10 minuten verhuizen we naar een ander plekje wat een mooier uitzicht heeft en dan wandelen we naar het centrum. Helaas zijn op zondag alle winkels gesloten, wel jammer want we wandelen onder de arcades langs het grote plein in het centrum en overal zijn winkels. Dick vindt het prima. Ik kan nu immers alleen “windowshoppen” en niet naar binnen lopen om iets te kopen wat ik helemaal niet nodig heb. Omdat de zon nog volop schijnt en het terras van de ijsboer toch wel erg aantrekkelijk is wandelen we daar heen. Helaas is het er overvol en telkens als er een tafeltje vrijkomt rennen er mensen naar toe. Dus gaan we terug naar de camper en eten daar een ijsje wat ik nog in de diepvries heb liggen. Eigenlijk komt het ook wel goed uit dat we sneller terug zijn want onze dakluiken staan wagenwijd open en de bewolking is plotseling verdicht.
Net als ik buiten lekker achter de laptop zit te schrijven begint het te regenen. En daar blijft het niet bij, de druppels verworden tot serieuze regen en dus bergt Dick snel de tafel en stoel op, sluit ik de dakluiken en gaan we binnen zitten. Wel raar want terwijl het regent, schijnt ook de zon nog volop. Gelukkig blijft het bij enkele zware buien en klaart het tegen de avond weer op.

Maandag 6 september is de lucht weer staalblauw, schijnt de zon en al vroeg is het 19 graden. We hebben besloten nog een dag in Freudenstadt te blijven en pakken de fietsen om de omgeving te verkennen. We hebben een leuke cache route gevonden die ons door de bossen in de omliggende omgeving voert.

Searching caches in the woods

Overal lopen vaak steile bospaden omhoog en soms even omlaag. Ik snap nooit hoe het Dick lukt maar hij weet feilloos alle smalle paadjes te vinden die ons steeds dieper het woud in leiden en we genieten. We boffen dan ook dat het weer zo stralend is. Het bos laat iedere keer een ander gezicht zien. Het ene moment rijden we tussen de hoge dennen, dan weer ligt er een dik mostapijt op de bodem en even later rijden we door loofwouden. Alhoewel we eigenlijk niemand tegenkomen op onze ontdekkingsreis door dit uitgestrekte bos blijken er toch heel veel mensen rond te wandelen en te fietsen want als we boven op de berg bij een zon overgoten berghut wat willen nuttigen, blijkt er geen vrij plekje te zijn dus rijden we maar verder en drinken wat uit onze bidons.

Scanning the Luca code

Tegen half vier arriveren we weer op het mooie stadsplein waar we de verleiding niet kunnen weerstaan en op een terrasje, waar nu wel plek is, een heerlijke koffie met gebak gebruiken. Onze QR-code hoeft men niet te zien (die werkt toch niet in Duitsland) maar als we de “Luca app” downloaden, waarin we alle persoonlijke gegevens noteren, kunnen we gewoon in en uitloggen en plaatsnemen op het terras.  Thuis wandel ik nog even naar de Rewe om eten te halen en als we eindelijk lekker zitten na een heerlijke maaltijd van aardappelsalade, braadworst en brot voelen we pas hoe onze benen en armen tintelen. Eindeloos lang hebben we dwars door het bos gedoold, ons een pad gebaand soms door heuphoogte onkruid en brandnetels en na het eten controleren we elkaar op teken. Geen overbodige luxe want zowaar vinden we er één in mijn been. Een echt goed tekenjaar is het niet want dit is pas de derde teek die we uit ons lijf pulken.

Helaas is er dinsdag 7 september veel meer bewolking en de temperatuur blijft op 16 graden steken. Opnieuw rijden we een schitterende route verder naar het zuiden. Ik had geen idee dat het Schwarzwald zo mooi zou zijn. We volgen een kronkelig dal langs de rivier de Kinzig en zien de bergen om ons heen steeds hoger worden. Het laatste deel van onze trip belanden we echter op de autobahn A5, veel minder spectaculair met telkens waarschuwingen dat we bijna de grens met Zwitserland naderen. Alhoewel we graag daarnaartoe zouden gaan hebben we geen zin in de rompslomp die een zwaardere camper met zich meebrengt dus hebben we bedacht dat we slechts tot Weil am Rhein in Duitsland rijden, daar de camper neerzetten en vervolgens naar Zwitserland fietsen.
Nu ja Zwitserland, we hopen alleen een stukje van Basel te bezoeken. Na de autobaan verlaten te hebben, zo’n 300 meter voor de grens, weet Dick de camper over ongelooflijk smalle weggetjes te manoeuvreren tot we bij het zwemcomplex arriveren. Het is erg druk. Dit keer wordt de camperplek bezet met caravans die deze plek voor een maand hebben afgehuurd omdat er arbeiders wonen die net over de grens in Zwitserland werken. Maar op het parkeerterrein ervoor blijkt nog voldoende plaats en nadat we ons stageld betaald hebben van 9 euro pakken we onze fietsen en gaan op weg. Dick weet opnieuw feilloos te duiden welke bospaden we moeten nemen in dit grensgebied en tot onze verbazing staan we, als we na enkele kilometers het bos uitkomen, midden in Basel. Niet dat er bordjes staan maar aan de aanwezige gemeentewagentjes, met het Basel Stadt kenteken, is te zien dat we ons echt in Zwitserland bevinden. Hebben we nu tevergeefs het Zwitserse electronische inreisformulier ingevuld en onze vaccinatiebewijzen meegenomen?

Three countries in Basel

Nu we in Basel zijn fietsen we naar het havengebied. Hier brengen we een bezoek aan het drielandenpunt waar Frankrijk, Duitsland en Zwitserland elkaar raken. Het is even zoeken waar zich dat bevindt, maar uiteindelijk als we langs enkele afgemeerde riverboats fietsen (we dachten eerst dat dat verboden gebied was) arriveren we bij een uitstekende punt in de Rhein waar een echt monument is.
We hebben onvoorstelbaar mooi weer, de zon schijnt volop en de lucht is staalblauw en vanaf hier hebben we een schitterend zicht op de Passerelle de Trois Pays, een voetgangersbrug over de Rhein met een lengte van 238 meter (langste boogbrug voor voetgangers en fietsers ter wereld) die Frankrijk en Duitsland met elkaar verbindt en waarbij Zwitserland zich slechts op enkele meters afstand bevindt.
Als je erop springt zou deze brug duidelijk merkbaar bewegen dus natuurlijk is dat het volgende doel. Aan de hand van enkele caches dwalen we door Basel en arriveren uiteindelijk (de grens overstekend naar Duitsland) bij de Passerelle de Trois Pays.

Tita is jumping on the Passerelle bridge

Midden op de brug moeten we natuurlijk allebei springen om de resonans van de brug te bekijken. En ja hoor, we voelen, met enige vertraging, de brug op en neer bewegen. Een heel raar gevoel. Na nog enkele foto’s en rondkijken steken we de brug over waardoor we in Frankrijk zijn, waar we natuurlijk ook een stukje langs het water fietsen en uiteindelijk steken we de brug weer over en arriveren aan de overzijde weer in Duitsland. Tussen Frankrijk en Duitsland zijn geen grenzen, we vormen immers met elkaar de Europese Unie, maar tussen Zwitserland en Duitsland wel. Toch hebben we op miraculeuze wijze opnieuw tussen de grensposten van Zwitserland en Duitsland door kunnen fietsen en alle douane (per ongeluk) omzeild. Raadselachtig dat dit zo kan maar we hebben geen kwaad in de zin, ons electronisch in Zwitserland aangemeld en alle noodzakelijke papieren bij ons. Uiteindelijk zijn we eind van de middag weer terug op de parkeerplaats in Weil am Rhein. Nadat we onze fietsen hebben opgeborgen wandelen we naar een restaurantje op de hoek van de parking. Het is gebouwd onder een tribune van een sportveld en heet dus “Tribune”. We mogen plaatsnemen op het terras mits we onze adresgegevens noteren op een papiertje (de Luca app wordt hier niet gehanteerd) en even later drinken we een heerlijke Merlot wijn en genieten van een voortreffelijk diner. De kwaliteit van het eten evenaart Mettlach en dit restaurant alleen al is een reden om zeker terug te keren.  We boffen ook met het weer want het is nog steeds erg aangenaam buiten en dus goed toeven op het terras. We zouden nog een dag in Weil am Rhein blijven voor we op weg zouden gaan naar Bad Durrheim waar het treffen van Seabridge is. Ware het niet dat, toen ik gisteren opzocht of Seabridge inmiddels een programma had, de mededeling kwam dat de gemeente Bad Durrheim door de oplopende coronabesmettingen het niet verantwoord acht dat er binnen bijeenkomsten plaatsvinden. Het Treffen gaat dus wel door maar niet in zaaltjes. Buiten op de camperplek worden nu enkele tenten opgezet waar men informatie kan krijgen over de verscheping van campers naar de USA en over groepsreizen naar zowel Zuid-Amerika, Rusland als in Europa. Daar we na driemaal reizen naar en door de USA wel weten hoe alles verloopt en we eigenlijk de beleving van het Treffen wilden bijwonen (en wat specifieke vragen stellen over het transport naar de USA als dat weer mogelijk wordt) hebben we nu besloten het Treffen in Bad Durrheim over te slaan. En dus vertrekken we na het ontbijt met oud brood (gelukkig hebben we dat nog want er is in de verste verte geen bakker te vinden) naar Frankrijk. Nadat we de slagboom hebben geopend en Dick zonder schade door de smalle doorgang de parking is afgereden zijn we al snel in Frankrijk en om half 11 kunnen we de camper parkeren op een kleine parkeerplaats midden in het stadje Hirtzbach.

Biking in the fields around Hirtzbach

We zetten de camper op redelijke afstand tot onze buren want hebben niet de indruk dat in dit afgelegen gebied veel andere campers zullen komen en pakken de fietsen om de omgeving te verkennen. Het is een leuk fleurig stadje met veel bloemen en verzorgde huizen en doet de naam “ville fleurie” eer aan. Wel moeten we steil klimmen want direct aan de rand van het stadje zijn klimmen de hellingen steil omhoog. Niet erg want onze E-bikes zetten we gewoon een standje hoger en dan vliegen we de hellingen omhoog. Toch blijft het inspannend fietsen want de paden zijn erg rotsachtig en soms rijden we over hobbelige grasvlaktes. Maar het uitzicht is mooi en in de verte zien we de toppen van de Grand Ballon.

Sitting in the shadow under our awning

Als we terug zijn bij de camper is het gelukkig niet al te warm ook mede dankzij ons zonnescherm dat we, net als onze buren, gewoon uitgezet hebben en dat in ieder geval een deel van de camper in de schaduw houdt. En het maakt dat we heerlijk buiten in de schaduw kunnen zitten. Heel aangenaam als het tegen de 28 graden loopt.  Naarmate het later wordt arriveren steeds meer campers op dit plekje. Ook een mobile pizzaboer heeft deze parking als zijn vaste staanplaats uitgekozen. Lekker, nu hoeven we niet te koken. Als ik echter om 7 uur naar de pizzawagen loop krijg ik te horen dat het zo druk is dat ik pas vanaf 9 uur kan bestellen. Dat betekent dat we zelf maar koken en de Leberkaese met kaas, brood en tomaten smaakt ook best. Uiteindelijk staan we met 13 campers op deze niet al te grote parkeerplek waarbij wij wel de enige buitenlanders zijn. ‘s Nachts is het bijzonder stil en we slapen goed. Gelukkig koelt het ‘s nachts een stuk af en we zijn de volgende ochtend al voor acht uur wakker. Voor het eerst in tijden zien we weer eens wolken aan de horizon.

Dumping Grey and Black water

Na ons ontbijt met nog oud Duits brood en het dumpen van ons grey- en black water rijden we als een van de eersten weg van deze plek. Langzaam zoeken we onze weg verder Frankrijk in en opnieuw rijden we een stuk langs de rivier de Doubs. Nu wel met aangenamer weer dan een maand geleden toen het hier stortregende.
Uiteindelijk arriveren we in Quingey waar we weer achter de supermarket gaan staan. Het blijft geen mooie plek, uitkijkend op de pletmachine van papier en karton, maar het is wel een practische plek, midden in het dorpje en naast een supermarkt zodat we eindelijk weer eens kunnen bevoorraden. Natuurlijk drinken we eerst koffie voor we het stadje en de omgeving te voet gaan verkennen. De vorige keer regende het zo hard dat we nauwelijks iets gezien hebben van dit oude stadje.

Rapids in Quincey, France

Langzaam dwalen we door de smalle straatjes, bekijken de oude gebouwen en wandelen naar de rivier waar mooie stroomversnellingen te zien zijn. Uiteindelijk keren we terug naar de camper, halen maaltijdsalade en stokbrood en genieten van de avond. Alhoewel de lucht vandaag erg dreigend was en er ieder moment een bui kon vallen blijft het tot de avond gelukkig droog en pas in de nacht gaat het hard regenen en wakkert de wind aan. We worden er wakker van maar gelukkig duurt dat maar even.

Vrijdag 10 september is het nog steeds zwaarbewolkt en daalt er ook regelmatig wat miezerregen op ons neer terwijl we door het schitterende landschap van de Bourgogne rijden. Wel jammer want deze omgeving vol met druivenranken is mooier als de zon aan een blauwe hemel staat. Maar de wind is gaan liggen en het is 18 graden dus we klagen niet.  Als we in Autun arriveren is het weer droog en doet de zon verwoede pogingen om de wolkenmassa te laten verdwijnen. Gelukkig arriveren we rond het middaguur zodat we nog een plekje kunnen kiezen want al snel blijkt dit stadje erg gewild en de ene na de andere camper arriveert en zoekt een plekje.

Old town of Autun

Wij wandelen intussen (wel met ons regenjack aan want je weet maar nooit) naar het oude stadje waarvan nog veel oude stadmuren intact zijn en ook bewonderen we de prachtige oude Kathedraal in het centrum. We dwalen rond door smalle oude straatjes en over een groot stadplein en zijn het erover eens dat dit een aantrekkelijk stadje is om rond te wandelen. Voor we terugkeren naar de camper nemen we ook nog een kijkje bij een oude Romeinse arena die practisch naast de camperplek ligt. Op het terrein van de Arena is het erg druk omdat er een Middeleeuws festival komt en dus wordt een oud romeins tentenkamp opgebouwd. De arena is best mooi en op sommige stukken zelfs nog intact. We kijken enige tijd naar de drukte beneden ons en gaan dan ieder ons weegs, ik ga ik op zoek naar een supermarket zodat ik weet waar ik morgen brood kan halen terwijl Dick terug wandelt naar de camper. De wolken zijn inmiddels verdreven en de zon schijnt volop. Ook is het heel druk geworden op de parkeerplaats. Op onze parking staan 23 campers en iets verderop voor de ingang van de begraafplaats waar we op kijken ook nog eens 13 stuks. Mogelijk heeft dat ook te maken met het feestelijke weekend. Als tegen de schemering de groep raven eindelijk zijn mond houdt (zeker een uur lang vliegen ze af en aan rondjes boven de campers en schreeuwen de boel bij elkaar) wordt het doodstil en slapen we als rozen.

The Roman Arena in Autun

De wind heeft klaarblijkelijk alle wolken verdreven want als we zaterdag 11 september wakker worden schijnt de zon in een staalblauwe lucht en is de temperatuur al opgelopen naar 19 graden. Gelukkig zijn we vroeg op zodat ik nog dwars over het Arena-terrein kan wandelen. Het scheelt een hoop omlopen daar de bakker zich aan de andere zijde van deze Romeinse arena bevindt. Ook ben ik op tijd terug bij de camper want na mij wordt alles in de omgeving van de arena hermetisch afgesloten. Na het ontbijt rijden we vanwege de wegafsluitingen, dwars door het oude stadje en arriveren gelukkig zonder kleerscheuren aan de andere zijde waarna we verder rijden in noordwestelijke richting.
Na 3 uur rijden zien we in de verte de berghelling liggen waar het stadje Sancerre aan vastgeplakt zit. Overal verschijnen nu de druivenvelden van de Sancerre wijn. In het stadje lukt het niet zo om een parkeerplekje te vinden. We krijgen boze blikken toegeworpen van een serveerster wanneer we dwars over haar terras rijden. Nu ja, een smalle weg voert tussen twee terrashelften en wij kunnen er ternauwernood passeren. Enkele parasols moeten echt even verschoven worden. En dan blijkt al die moeite tevergeefs want bij de parkeerplek aangekomen blijkt er onvoldoende plek voor onze wagen dus na ook nog zoeken op andere plekken, waarbij we nog driemaal onder het bewuste terras heen en weer rijden (erover heen durven we niet meer) besluiten we Sancerre achter ons te laten en een andere bestemming te zoeken.
Het wordt Bourges en daar dat slechts 50 km zuidelijker ligt, arriveren we daar om 2 uur. Er is een enorme parkeerplek vlakbij een bioscoopcomplex en enkele sportgelegenheden en we kunnen onze camper makkelijk kwijt. Nadat we even een praatje met onze Franse buren hebben gemaakt wandelen we de stad in.

Imposing cathédrale in Bourges

Bourges is een schitterende oude stad met grootse gebouwen, oude huizen en een enorme kathedraal uit de 12e eeuw die niet voor niets een wereld erfgoed is. We dwalen door het centrum en natuurlijk gaan we binnen in de Kathedraal St Etienne kijken waar ik weer eens een kaarsje brand. Buiten de kerk is het erg lawaaierig. Niet veroorzaakt door de vele toeristen die hier rustig rondwandelen maar door de protesten van enkele Fransen tegen het verplichte vaccinatiebeleid en door een Marokkaanse bruiloft die zelfs nog meer lawaai produceert. Uiteindelijk wandelen we begin van de avond weer terug naar de camper. Het is nog steeds stralend weer en de zon staat hoog aan de hemel. Omdat we geen zin hebben om te koken en op nog geen 80 meter een burgerrestaurant is halen we daar ’s avonds een maaltijd. De burger blijkt zeer smakelijk en hoort in de top 5 van goede burgers thuis. Na deze heerlijke maaltijd lezen we nog wat, kijken even naar het nieuws en liggen dan om half 10 al in bed. Het mooie weer duurt voort en dus besluiten we zondag nog een dag te blijven.

Biking under the trees

Nu om de omgeving van Bourges per fiets te verkennen. We zijn niet de enigen die genieten van deze warme najaar dag want overal op de paden zijn fietsers en wandelaars te vinden. Onze tocht voert ons aan de rand van de bebouwde kom en later zetten we onze tocht voort over onverharde paden die parallel aan een smal kanaal lopen. Merendeel fietsen we onder de bomen wat heerlijk koel is maar op sommige momenten ook wat koud zodat we onze hoodie aantrekken. ‘s Avonds halen voor een tweede maal eten bij de Quick en genieten van onze burgers. Ze zijn opnieuw lekker alhoewel nu niet meer excellent omdat het spek niet lekker krokant gebakken is en derhalve wat taai er is. Maar na onze fietstocht smaakt het toch goed.
Maandag 13 september is de lucht opnieuw staalblauw en al snel is het 19 graden. Nadat we weer eens water hebben gevuld vertrekken we en omdat we vandaag slechts 75 km rijden arriveren we eind van de ochtend al in La Chatre. Helaas is er bij de Super U geen plekje om de camper neer te zetten. Hoogtebalken op de parking verhinderen dat maar wel kunnen we even onder een afdak naast de winkel staan. Het is in ieder geval vlakbij de wasmachines.

Doing laundry in La Chatre

En laten we nu weer eens moeten wassen. Dus haalt Dick een winkelwagentje en verzamel ik al ons wasgoed en even later zit ik op een krukje naast de eerste machine met wasgoed. Helaas is er slechts 1 wasmachine en een droger (een kleine wasmachine is kapot) zodat het hele was proces wel wat tijd in beslag zal nemen. Maar het is stralend weer. De zon schijnt volop en voor de wasmachines zittend voelt het als 30 graden. Wat ben ik blij dat Dick al snel een fles water komt brengen.
Terwijl ik wacht op het beëindigen van de eerste was en het opnieuw starten van een tweede was is Dick bezig de camper te poetsen. Met onze stofzuiger wordt alles van het vuil ontdaan en ook de ramen krijgen van binnen en buiten een poetsbeurt.

Doing laundry is teamwork

Zodra de eerste was gedroogd is haalt Dick de opgevouwde kleding stuk voor stuk terug naar de camper zodat, als de laatste was uit de droger komt, we bijna niets meer hoeven op te bergen, Na ook nog wat eten gehaald te hebben in de supermarket kunnen we een plekje voor de nacht zoeken. Bij de Super U onder het afdak staan is niet echt aantrekkelijk dus rijden we naar het centrum van La Chatre waar nog een parking is. Deze blijkt echter helemaal vol te staan met kermiswagens, caravans en toeristenbussen.  De buschauffeurs weten echter nog een gaatje te vinden en wijzen ons een plekje aan waar we al snel staan. Omdat het al half vier is, we hebben er drie uur over gedaan om alles te wassen, te drogen en op te bergen, wandelen we zodra de camper staat, het stadje in. Opnieuw bezoeken we een klein maar bezienswaardig stadje, gedomineerd door een oude kerk en twee enorme Sequoia’s, gepland in 1890 en nu van een enorme afmeting. Van verre zie je al hun toppen boven alles uitsteken. Na een leuke rondwandeling zijn we terug bij de camper waar het een drukte van belang is. Niet alleen met mensen die over het kermisterrein wandelen maar ook met schoolkinderen. De schoolbussen naar de omliggende dorpjes blijken vanaf dit plein te vertrekken. Een leuk gezicht die komende en gaande bussen. Pas tegen 7 uur wordt het rustig buiten, ook vanwege het feit dat de kermis stopt. En wij hadden ons zo voorbereid op een gezellige avond met veel herrie. Niets daarvan, het wordt steeds stiller buiten en tegen achten is alleen nog het opbouwen van een nieuwe attractie te horen. Verder is het doodstil. Wel blijft het erg warm, zeker 30 graden, en tot we naar bed gaan om half 11 staan alle ramen en deuren van de camper wagenwijd open om ieder vleugje wind door te laten. Het verhindert niet dat het binnen in de camper warm blijft. Nadat we ’s avonds gedoucht hebben (we hebben immers een fris en schoon bedje) en alle ramen wagenwijd openzetten om het verder te laten afkoelen, liggen we nog lang wakker in onze warme camper. Pas tegen de ochtend daalt de temperatuur naar 24 graden.

Als we dinsdag 14 september opstaan is het nog 20 graden en snel stijgt de temperatuur weer naar 24 graden. Nadat we gedumpt hebben rijden we naar de Super U waar we brood halen en ook lekker ontbijten voor we verder rijden door een mooi heuvelachtig landschap. We zitten officieel in de bergen want we rijden over passen op 625 meter hoogte, de weg is rustig en om half 1 arriveren we in Saint Leonard de Noblat.

Medieval town St.Leonard de Noblat

Wie wil niet een dorpje met zo’n naam bezoeken. Er is een grote parking naast het centrum en we hebben volop keuze waar we de camper kunnen neerzetten. Na natuurlijk een kop koffie wandelen we het oude middeleeuws stadje in, door smalle kronkelige straatjes met oude gebouwen en met natuurlijk een mooie oude kerk. Het stadje ligt immers op de weg naar Santiago de Compostella. Na twee uur hebben we het hele stadje te voet verkend, alle straatjes zijn we doorgewandeld en keren we terug naar de camper. Al snel zien we de lucht donkerder worden en om 5 uur vallen de eerste regendruppels. Eerst nog zachtjes maar al snel stortregent het en ben ik bang dat onze pootjes onder de camper vandaan gesleurd worden.

Rivers of water on the parking place

Aanzwellende rivieren van water stromen langs en onder onze camper door maar net als ik denk dat het tijd wordt om de camper op een ander plekje te zetten stopt de regen en wordt het droger. Buiten is het drassig en vochtig en we hebben geen zin meer om erop uit te gaan om te eten, dus koken we zelf een simpele maaltijd, wat worstjes met een restje aardappelpuree en tomaten.  Laat in de avond zien we de laatste zonnestralen de wolkenpartijen beschijnen. Helaas hebben we woensdagochtend na het douchen een klein probleempje. Onze douchafvoer loopt niet door en dus blijft het water in de douchebak staan. Niet echt fijn om zo te gaan rijden dus terwijl ik naar de bakker loop schept Dick het overtollige water weg.  Onderweg in de Limoges stoppen we bij de eerste bouwmarkt die we zien en kopen een ontstopper en vloeistof voor de afvoer en rijden dan verder, opnieuw naar een middeleeuws stadje: Chauvigny. Boven op de berg ligt ergens de camperplek en we kronkelen door zeer smalle straatjes ernaartoe. Volgens mij hebben we niet echt de goede weg maar daar heeft onze Hakuna geen boodschap aan. Hij blijft ons door smalle steegjes leiden en pas nadat we enkele malen gekeerd hebben omdat we ons vastrijden op doodlopende weggetjes, arriveren we boven op de berg op een parking waar net een bus Zwitsers is gearriveerd die hier duidelijk komen lunchen.

RV parking in Chauvigny

Wij kunnen niet op de camperplek staan daar deze echt te kort is maar er is gelukkig nog een vrije bus-parkeerplek waar we de camper neerzetten. Terwijl Dick de ontstoppingsvloeistof leeggiet in de afvoeren van onze douche en ik koffie maak zien we de camper op de hoek wegrijden. Deze plek is wel veel langer en dus verzetten we onze camper en gaan in het hoekje staan. Terwijl de ontstoppingsvloeistof hopelijk zijn werk doet wandelen wij het stadje in. Deze oude, op de berg gelegen, middeleeuwse stad is prachtig en heeft haar historische karakter goed weten te behouden. De Kathedrale St. Pierre is afkomstig uit de 12e eeuw en imposant met zijn wit rode pilaren en we blijven er enige tijd rondkijken.

Medieval town of Chauvigny

Dan pakken we de smalle weggetjes die door de straatjes voeren langs huizen met zware muren en arriveren bij een burcht en zelfs een echt kasteel. Dit hele stadje ziet er goed uit en voelt aangenaam. Op slag word ik er verliefd op. In de middag wandel ik het steile pad, wat we eerder naar boven zijn geklommen, weer naar beneden op zoek naar de bakker en inderdaad vind ik er één onder aan de berg. Niet zo ver weg dat we geen brood kunnen halen maar het vereist wel een steile afdaling naar beneden en weer een steile klim omhoog.  Op de terugweg zoek ik ook nog in de rotswanden naar twee caches, ik kom er toch vlakbij. Ze zijn niet zo makkelijk te vinden maar dankzij enkele spoilerfoto’s vind ik de caches uiteindelijk. Wel moet ik het bekopen met enkele forse schrammen op mijn armen en benen vanwege de overal volop aanwezige braamstruiken.
Als ik thuis ben heeft Dick de afvoer van de douche weer werkend gekregen en een leuk restaurant gevonden vlakbij de burcht.

Restaurant in Chauvigny

 

Tegen 7 uur wandelen we ernaartoe en we mogen plaatsnemen op het terras na controle van onze QR-code. Opnieuw boffen we met het weer. Het is een prachtige zomeravond. De zon schijnt nog een beetje maar het is rond de 22 graden en niet koud.
Nog leuker is het (en ook in het beeld van de middeleeuwen passend) als even later een man met Adelaar langs komt. Natuurlijk lopen we (ik) er even naar toe en na een praatje mag er ook nog een foto van deze schitterende vogel gemaakt worden.
De volgende keer dat we hier zijn moeten we toch maar de roofvogelshow bezoeken. Helaas zal dat nog even duren want na deze maand stoppen de shows om pas weer in het voorjaar te hervatten. Niet alleen de sfeer hier maar ook het eten is voortreffelijk. Mijn spinazie lasagne met geitenkaas en sla blijkt de specialiteit van het huis en is heerlijk en ook Dicks entrecote smaakt goed. Na het eten praten we nog gezellig na met een Duits echtpaar die hun camper op de camping beneden aan de berg heeft staan.

Night in the Medieval town of Chauvigny

Het wordt een gezellig avond en pas laat in de avond wandelen we door het doodstille, prachtig verlichte stadje, terug naar de camper. Het voelt aan alsof we in de middeleeuwen beland zijn. Zoals te verwachten, als Dick zich ergens over buigt, werkt de afvoer van de douche weer gewoon goed en ik ben zeer tevreden met hem zeker als hij ook een heerlijk eitje heeft gekookt als ik terugkom van mijn afdaling naar de bakker en klim terug. Als we de fietsen pakken om hier in de omgeving rond te fietsen blijkt de temperatuur wel wat tegen te vallen. Dat merkte ik niet toen ik vanochtend de berg afdaalde en weer opklom maar op de fiets voelt de wind gewoon koud aan onze benen dus als we een paar honderd meter hebben gefietst keren we terug naar de camper om onze lange broeken aan te doen. En dan rijden we naar een cache rondje in de bossen rondom Chauvigny. De geocaches zijn allemaal challenges en dat betekent dat je niet alleen de cache moet zoeken maar ook nog aan andere voorwaarden moet voldoen om te kunnen loggen.
Een van de caches heeft als voorwaarden dat je van ieder jaar sinds geocaching bestaat een cache moet hebben gevonden. Daar we inmiddels in België, vlakbij Bouillon het ontbrekende jaar 2000 hebben gevonden voldoen we hier nu aan. Het parkoers voert ons door een bos met zeer ongelijke paden die erg rotsachtig zijn en ook vaak schuin aflopen en regelmatig liggen omgevallen bomen over het pad dus moeten we vaak afstappen en de fiets over de bomen tillen voor we onze weg kunnen vervolgen. Dick is dus “not amused” over mijn route keuze.

Climbing under the bridge to find the geocache

Maar uiteindelijk rijden we de gehele route uit en arriveren we op een oude spoorlijn die we moeten volgen willen we de rivier kunnen oversteken. Wel leuk want niet alleen hebben we vanaf deze hooggelegen spoorlijn een prachtig zicht op het stadje, ook kunnen we nog even twee andere caches zoeken die op dit spoorlijntraject verborgen liggen.
Eén ervan vereist wel wat klimwerk onder een hoog liggende brug maar Dick coacht me: zet je voeten gewoon op de balken, nee je valt niet, meer naar de rechterzijde dan heb je beter grip, stel je niet aan, iets meer vooroverbuigen dan kun je erbij en uiteindelijk kunnen we ook deze klimcache loggen.
Halverwege de middag zijn we weer terug bij de camper. Dat komt goed uit want nu kunnen we nog even bij de burcht een cache zoeken. We hebben hem al wel gevonden maar hij ligt zo hoog in de muur dat we een ladder nodig hebben om deze te pakken.

Storming the walls in Chauvigny

Dus wandelen we, gewapend met onze opvouw ladder uit de camper, door het stadje. Je zou zeggen dat dat toch wel opzienbarend is maar nee hoor iedereen kijkt en niemand zegt wat en dus kunnen we snel de burcht bestormen en de cache loggen. Nadat we thuis ons grey- en black water hebben gedumpt, wat administratie hebben gedaan (we moeten immers bijhouden wat we allemaal doen en uitgeven) en de caches gelogd hebben, is het al bijna avond en wandelen we opnieuw naar het restaurant La Belle Epoque, vlakbij de burcht, om te gaan eten. Opnieuw smaakt de maaltijd voortreffelijk en weer hebben we er een fijn adresje bij om naar terug te keren.

Vrijdag 17 september is het helaas zwaar bewolkt ook al is het nog 17 graden. Geen echt mooi weer en dus besluiten we nog voor het ontbijt te vertrekken en bij de eerste de beste bakker die we tegen komen te stoppen en te ontbijten. Natuurlijk duurt het even voor we in dit weidse land een bakker hebben gevonden. Zoals altijd als je iets zoekt voert de weg ons niet langs winkels maar door akkerlanden maar na 10 km zien we op een kruising een bakker met voldoende plek om te parkeren.
Na een verlaat ontbijt zetten we onze weg voort over het Franse platteland. Vlak voor onze bestemming staan we stil vanwege een ernstig ongeluk op een kruising. De weg is redelijk smal en dus blijven we samen met een rij vrachtwagens wachten tot we weer door kunnen rijden wat na een half uurtje gelukkig het geval is en om 1 uur arriveren we in Montreuil Bellay.
Opnieuw wijst onze Hakuna niet echt de juiste weg want we rijden ons een aantal malen vast op te smalle weggetjes, verboden voor + 3,5 ton, maar uiteindelijk arriveren we toch op een grote parking naast de camping waar de camper geparkeerd mag worden. Het is al druk met campers maar op dit tijdstip van de dag is er altijd nog wel een plekje te vinden. Zodra de camper naar onze zin staat wandelen we het stadje in. Weer een stadje uit de gids die ik in July in Issoire heb gevonden en waaruit ik de route met al deze prachtige stadjes heb samengesteld. Montreuil Bellay wordt gedomineerd door een enorm kasteel met kerk boven op de berg waaromheen de smalle straatjes zich kronkelen.

Medieval town of Montreuil Bellay

Opnieuw wijzen geocaches ons de weg door het stadje en tonen ons alle bezienswaardige plekjes. En het is weer warm geworden. De wolken hebben plaatsgemaakt voor blauwe luchten en de zon schijnt weer volop. Het is niet echt een groot stadje dus na twee uur ronddwalen (meer rondklimmen) hebben we het wel gezien en dalen af naar de rivier waar we met onze camper staan. Na alle eet uitspattingen van de laatste dagen gaan we vanavond niet uit eten maar koken we zelf.
De puree en bloemkool smaakt weer heerlijk, de steak vind ik wat minder (en dat ligt niet aan de kookkunst van Dick) omdat hij enigszins taai is maar volgens Dick is dat met alle Franse rundvlees het geval. Je moet er echt op kauwen. En het plaatje van de verpakking zag er zo sappig en mals uit.
Het is maar goed dat we hier vroeg aankwamen want als we klaar zijn met eten rond half 8 komt opnieuw een eindeloze stroom campers deze kant op. Ieder mogelijk gaatje op de parking wordt gevuld met een geparkeerde camper. Het is zelfs nog drukker dan toen we in juli in Frankrijk rondreden.
Zaterdag 18 september worden we wakker omdat de regendruppels op het dakluik vallen. Wat een verschil in weer. De lucht is volledig grijs en er is geen breking te zien. Omdat het echt gaat regenen nadat we gedoucht hebben wandel ik niet naar de bakker maar rijden we naar de supermarket buiten het oude centrum waar we én brood halen én heerlijk op de parking ervan ontbijten alvorens verder te rijden. We boffen want al snel stopt de regen en klaart het op en met zon rijden we eind van de ochtend Bretagne in. Op weg naar St. Malo stoppen we in het stadje Retiers waar we dumpen en water vullen. Dat kan immers niet op de parking in St. Malo en nog voor tweeën arriveren we aan de kust. We hebben nog wat andere parkings dichter bij het centrum bekeken maar er is óf geen plek óf te klein voor ons en dus zetten we de camper weer neer langs het strand op 4 km afstand van het centrum van St Malo. In tegenstelling tot afgelopen zomer is de parkeerindeling gewijzigd.

RV parking Saint Malo

Campers mogen niet meer op het centrale gedeelte parkeren maar alleen langs de rand. Alhoewel het erg druk is zijn er nog enkele plekjes vrij dus kunnen we de camper neerzetten. Hij staat wel heel schuin maar als we de camper vanavond op de pootjes zetten komen we weer mooi recht te staan. Zodra we wat gedronken hebben wandelen we naar het naburige stadje Rotheneuf waar rotssculptures zijn. Al lang wil ik daar een kijkje nemen maar het is er nooit eerder van gekomen. Na een half uurtje wandelen arriveren we bij de ingang waar we € 2

,50 toegang betalen en de rotsen kunnen betreden.

Rock Sculptures in Rotheneuf

 

De priester L’Abbee Foure, die hier in de 19e eeuw leefde was tevens schilder en houtsnijder en toen hij op 55-jarige leeftijd een hersenziekte kreeg, waardoor hij zijn gehoor en spraakvermogen verloor, besloot hij zich terug te trekken als kluizenaar in dit oude vissersdorpje Rotheneuf waar hij gedurende 13 jaar de granieten rotsen en kliffen bewerkte. Het resultaat zijn meer dan 300 beelden, gezichten en figuren. Zodra we langs een rotspad naar beneden lopen zien we de verschillende uitgehakte beelden. Je komt ogen te kort in deze beeldentuin en het is bijzonder dat ondanks hevige vloedgolven en de invloed van de zeewind het snijwerk eigenlijk niet aangetast is.

Rock sculptures at the cliffs

We lopen langzaam rond. En met ons vele anderen want soms moet je om een leuke foto te maken even wachten tot de meute weg is maar uiteindelijk hebben we alles gezien en lopen we weer terug. Wel via een omwegje want het strand lonkt en het is nog “low tide” dus we kunnen een stuk over het strand wandelen. Pas eind van de middag zij we weer terug bij de parking. Er is nu geen plekje meer beschikbaar dus de verdere campers die aankomen moeten echt doorrijden.
We eten Carpaccio en Salade Manhattan en dat smaakt prima. Helaas is het weer zondagochtend erg somber. De lucht is grijs en er waait een stevige wind. Met de fiets rijd ik naar de Carrefour om brood te halen. Normaal doe ik dat lopend maar nu we straks toch de fietsen nodig hebben gaat dit wel sneller. Na het ontbijt pakt Dick ook zijn fiets en rijden we naar het oude centrum van St. Malo, zetten onze fietsen op slot aan kabels voor de stadsmuur en wandelen richting het strand.

On the beach to the Isle Grand Bé

Het wordt laag water dus is het nu de tijd om eens naar het eiland Grand Bé te wandelen. Bij laag water is dat eiland over het zand bereikbaar. Alhoewel we niet de getijdentabellen hebben bekeken zien we het water gewoon zakken en al snel zijn we de stadsmuren afgedaald en wandelen over het, nog deels natte, zand richting eiland. De lucht klaart ook op, blauwe lucht en zon verdrijven de wolken dus het is een goed moment om de oversteek te maken. Met ons hebben veel anderen ook het idee opgevat om richting Grand Be te wandelen, dus het is best druk. Om op de top van het eiland te komen moeten we wel even omhoog klimmen maar boven aangekomen worden we beloond met een schitterend zicht over de St. Malo en kun je goed de oude stadsmuren zien. Helaas kunnen we niet naar het tweede eiland Petit Bé, wandelen. Daarvoor staat het water nog te hoog en omdat de stromingen tussen de eilanden sterk zijn is het niet verstandig door het diepe water te waden. Daarbij is het inmiddels 12 uur en wordt het tijd ons favoriete restaurant “La Bourse” op te zoeken. We wandelen dus terug over het strand, beklimmen de stadsmuren weer en wandelen erover heen tot de Porte Dinan, waar ons favoriete restaurant ligt.

A great day in Saint Malo

Vanaf de muur ziet Dick dat er nog een tafeltje vrij is op het terras en ik ren vooruit. We hebben geluk en kunnen plaatsnemen. Natuurlijk nadat we onze QR-code hebben laten scannen. Zonder bewijs dat je gevaccineerd bent (of recentelijk getest dan wel hersteld van Corona) kun je niets in dit land. Het is weekend dus een menu nemen is niet mogelijk en dus beperken we ons tot een hoofdgerecht en dessert. Eerst Fish en Chips

, die voortreffelijk smaakt maar de kabeljauw is dan ook direct afkomstig uit zee en als dessert Tiramisu en ijs, ook heerlijk. En ondertussen koesteren we ons in het zonnetje en kijken naar alle rondwandelende toeristen. Om het vele eten en de wijn wat te laten zakken wandelen we nog een stuk “Intra Muros”, door de smalle straten binnen de stadsmuren. Een mondkapje is hier verplicht. Werd daar in juli nog massaal de hand aan gehouden en zag je overal controleurs, nu heeft een aantal mensen er genoeg van en draagt geen mondkapje meer buiten. Omdat het wel erg druk is verlaten we de stad, pakken de fietsen en rijden nog even langs de verschillende havens. Uiteindelijk zijn we eind van de middag weer terug op onze parking. De wind is best wel koel dus zitten we binnen. Alleen tegen de tijd dat de zon ondergaat wandel ik nog even naar het strand.

Sunset in Saint Malo

Het is nu volledig verlaten, geen wonder want met de harde wind en het hoge water is er nauwelijks strand over en daarbij is de temperatuur naar 14 graden gedaald. Het zal jullie niet verwonderen dat we opnieuw als rozen slapen na zoveel buitenlucht en zeewind.

Maandag 20 september staan we om 8 uur op en nadat we aangekleed en gedoucht zijn rijden we direct weg. Helaas willen de beide Hakuna’s niet de weg langs de kust nemen dus rijden we door het binnenland naar Pontorson, slechts 50 km verderop en staan na een uurtje al op de parking achter de Carrefour. Daar haal ik eerst vers stokbrood en gaan we ontbijten. Pas daarna begint ons dagprogramma. Dick helpt me ons vuile wasgoed te verzamelen, haalt een leeg winkelwagentje en zorgt ervoor dat geld klaarligt om in de machines te stoppen en al snel ben ik onderweg naar het washuis aan de voorzijde waar het druk is met mensen die hun was doen. Allemaal Fransen uit de omgeving. Gelukkig is de eerste machine na zo’n 10 minuten beschikbaar maar op de tweede machine moet ik toch bijna een half uurtje wachten. Ach het is niet anders. Ik ben al blij dat we weer kunnen wassen.

Biking near Le Mont St. Michel

Om 2 uur is alles schoon, opgeborgen en hebben we ook ons bedje opnieuw gedekt en besluiten we nog een stukje te fietsen. Niet helemaal naar Mont St Michel maar wel die richting op en we zoeken onze weg door de weilanden. In Beauvoir, met zicht op de Mont, draaien we terug. Het is schitterend weer maar er waait wel een harde wind. Op de terugweg hebben we die echter in de rug. Terug in de camper gaat Dick nog caches loggen en wandel ik nog lekker rond in de Carrefour. Het moet ook want we koken vanavond zelf en de ingrediënten voor onze maaltijd moeten nog aangeschaft worden. Maar als ’s avonds de sperziebonen met kip en aardappelpuree op tafel staan (ja, alweer) klaagt Dick niet. Ondanks het feit dat het in St. Malo overvol was met campers en het op de weg naar Pontorson erg druk was met passerende campers blijft de parking erg rustig. We brengen de nacht door met slechts 3 anderen, allemaal Fransen.
Omdat we niet naar het Treffen in Bad Durrheim zijn gegaan hebben we nog een dag over en dus besluiten we dinsdag 21 september naar Cherbourg te reizen. Ook een van onze favoriete plekken in Frankrijk ondanks het feit dat het een grote stad is. We zouden al vroeg uit Pontorson vertrekken, daarom had ik overlevingsbrood gekocht, maar ’s nachts blijkt onze franse gasfles leeg te raken en dus doen we geen moeite om vroeg op te staan. Als om 8.45 uur de supermarkt opengaat willen we de gasfles omruilen voor een volle en haal ik ook lekker vers stokbrood. Het is even de vraag of er wel nieuw gas is. Een medewerker heeft de lege gasflessen niet omgekeerd in het gasrek terug gezet dus de winkel durft geen flessen uit te geven. Maar Dick weet waar hij naar moet kijken en laat de winkelmevrouw de verzegeling van de volle gasflessen zien zodat we uiteindelijk wel onze gasfles kunnen omwisselen en aansluiten. Ik ben toch wel erg blij dat we van de zomer een Franse gasfles hebben aangeschaft.
Na het ontbijt wat iets later is dan normaal rijden we Normandië in. Of misschien waren we daar al want we (ik) zijn er nog steeds niet uit of Mont St. Michel in Bretagne of in Normandië ligt. Overal op weg naar het noorden zijn wegopbrekingen dus regelmatig moeten we een stukje omrijden maar uiteindelijk arriveren we om 3 uur in Cherbourg waar de zon volop schijnt ook al zijn er best wel wat wolken. Er is nog één plekje waar we goed kunnen staan. Aan de rand (daar hou ik van) en met zicht op de haven. Later komen er nog andere plekjes ook vrij dus we hadden zeker plek gehad.

Secured harbour in Cherbourg

Als de camper staat maken we een wandelingetje, eerst een stuk langs het door concertina’s afgeschermde haventerrein en dan dwars door de smalle straatjes naar de voet van de rotsen waar zich bovenin de bunkers bevinden vanwaar uit je een volledig zicht over de stad en het water hebt. Uit ervaring weet ik dat een excursie daarnaartoe zeker de moeite waard is. Mogelijk moeten we er nog eens naar toe gaan (maar dan met een anderstalige rondleiding want toen wij er waren enkele jaren geleden waren (als enigen die middag) werd alles in ratelend Frans uitgelegd en konden we geen moment onze aandacht laten glippen. Uiteindelijk arriveren we bij het grote winkelcentrum aan het einde van de haven waar ik wel een kijkje wil nemen. Dick heeft er naar onze rondzwervingen door de straten van Cherbourg geen zin meer in maar wil nog wel lekker een koffie drinken op een terrasje. Daarna wandelt hij op zijn gemakje naar de camper terug terwijl ik nog even rondkijk bij de winkels.

Dinner in Cherbourg

Om half zeven wandelen we, met dons jacks in de rugzak, naar het centrum en zoeken een plekje op een terrasje aan de haven. Helaas ligt het in de schaduw maar omdat het terras volledig is afgeschermd met plastic is het er ook zonder jack goed toeven en na de scanning van onze QR-code nemen we plaats. Het blijft bijzonder dat in dit land niemand moppert als hij om ergens te eten of drinken zijn QR-code moet laten zien. Maar mogelijk zijn de tegenstanders van vaccinatie nooit te vinden op terrasjes. Opnieuw smaakt de maaltijd goed. Mijn dubbele hamburger is zelfs van uitstekende kwaliteit maar ook Dicks steak smaakt gelukkig goed. Als de schemering intreedt wandelen we voldaan terug naar de camper. We kijken nog even naar de weerschijn van de lichtjes in het water van de haven en vallen dan snel in slaap.

Woensdagochtend eten we overlevingsbrood. De bakker wiens oven in juli kapot was heeft nu Congee (vakantie) dus daar kan ik geen brood halen en eigenlijk heb ik geen zin om naar het winkelcentrum te wandelen. Water willen we eigenlijk nog vullen maar de kraan op deze parking loopt zo langzaam dat we wel een half uur nodig hebben om onze tank te vullen en omdat we toch naar Honfleur rijden waar wel snellopende kranen zijn, besluiten we te vertrekken en daar te vullen. Het is druk op de weg, zeker rondom Rennes waar we met ons wagen niet over de brug mogen rijden maar een omweg moeten nemen. Maar uiteindelijk arriveren we over binnenwegen vlakbij Honfleur. Het laatste stukje weg voert immers nog steeds over de tolweg. Alle wegen vanuit het zuiden naar Honfleur zijn nl voor voertuigen zwaarder dan 3,5 ton geblokkeerd. En zeker met onze verplichte “Angles Mort”  stickers hoeven we niet te proberen toch dergelijke weggetjes te nemen. Het is enorm druk op de parking voor campers in Honfleur. Was er in juli nog volop plek, nu moeten we echt zoeken naar een plekje maar omdat iemand net wegrijdt vinden we een ruime plaats met uitzicht over het water. Nadat ik betaald heb voor de parking, vul ik eerst met de gieter onze watertank terwijl Dick een kop koffie bereid en daarna wandelen we het stadje in.

Fishing nets at the Honfleur harbor

 

Vanuit de camper hebben we uitzicht op Honfleur en de haven waar verspreid netten liggen te drogen die de vissers gebruiken om de verschillende soorten vis te verschalken. Deze binnenhaven is afgeschermd door een sluizen systeem. Het is schitterend weer. Dankzij de samensmelting van twee hogedrukgebieden is er weinig wind en de temperatuur loopt op naar 22 graden. Vanwege het mooie weer besluiten we eens een kijkje te nemen bij het strand van Honfleur. Dat ligt aan de monding van de Seine en zover zijn we nog nooit gekomen. Eerst bezoeken we de Jardins des Personalites aan het einde van het dorpje waar we nog een cache zoeken die we een paar jaar geleden niet konden vinden (en nu wel) en dan verder naar het strand.

 

On the beach in Honfleur

 

Het is laag water dus er is veel strand en in het heerlijk warme zonnetje wandelen we op ons gemakje over het vochtige zand. Bij de vuurtoren verlaten we het strand weer om via de heuvels terug te keren naar het centrum van Honfleur. Daar wandelen we langs de schilderachtige haven, bezoeken even de helemaal van hout gemaakte Sainte Catherina kerk (de grootste houten kerk van Frankrijk) en dwalen nog door de smalle, gezellige straatjes alvorens weer terug te keren naar de parking waar het nog drukker is geworden. Ieder plekje waar maar een camper kan staan is nu bezet en nog steeds proberen camperaars door dubbel te parkeren een plekje te vinden.
’s Avonds haal ik bij het eettentje “Gyros” kebab, kip, fritekes en salade wat lekker smaakt.

Donderdag 23 september staan we om 8 uur op. Het is slechts 12 graden maar er staat practisch geen wind en al snel stijgt de temperatuur want als ik in het zonnetje naar de bakker wandel voelt het warmer. Na het ontbijt rijden we naar Le Havre aan de overkant van de Seine. Onze Hakuna geeft echter aan dat we 133 km moeten rijden omdat we moeten omrijden via Rouen.

Pont de Normandie

 

Maar we nemen gewoon de tolbrug Pont de Normandië en na betaling van € 6,40 arriveren we na 25 km bij de camperplek in Le Havre. En dat hadden nog minder kilometers kunnen zijn als we niet in de wirwar van snelwegen in Le Havre verkeerd waren gereden. Er is nog één een plekje waar we de camper parkeren. Doordat we niet ver van zware industrie zijn, de camperplek hoog op een helling boven de Seine ligt en de wind verkeerd staat, stinkt het buiten doordringend naar raffinaderijen en we laten de ramen dan ook dicht.

Steep streets in Le Havre

 

Dick pakt de fietsen uit de garage en we bepakken deze. Er ligt een serie challenges direct aan de voet van de Pont de Normandie en ik heb bedacht dat we daar vanuit Le Havre wel naar toe kunnen fietsen. Dan hoeven we tenminste niet met de fiets over deze hoge brug met zijn zware verkeer. Dus bewapend met kaartjes en gps-codes gaan we op weg. We bevinden ons hoog op een berg en diep onder ons ligt ons doel. Dat betekent dat we direct een eindeloze steile afdaling hebben over heel smalle straatjes met vaak scherpe haarspeltbochten, waar ik regelmatig doorslip. Maar uiteindelijk arriveren we zonder kleerscheuren beneden en dan begint de crime om de weg te vinden over een industrieterrein waar wij als fietsers absoluut niet welkom zijn. Nergens zijn fietspaden noch een behoorlijke berm en om ons heen razen zware vrachtwagens af en aan. Ook zij zijn absoluut “not amused” om ons als fietsers te ontwijken. Daar Dicks GPS altijd weggetjes en padjes volgt en om ons heen alleen grote wegen liggen, weet deze geen weg meer te vinden en als we weer eens terugfietsen om een berijdbare brug te vinden over een van de vele kanalen in dit industriegebied en opnieuw door voor fietsers en wandelaars verboden gebied fietsen, stoppen we onder de rook van de Brittany een enorm schip in weer eens een enorme haven.
We hebben inmiddels al 16 km afgelegd en nog zeker 7 km voor de boeg en besluiten deze tocht te stoppen en terug te keren naar de camper. Het stinkt hier, het is gevaarlijk voor fietsers en dus komen we na 2,5 uur gedesillusioneerd weer terug bij de camper. Natuurlijk na weer via andere haarspelden de berg te hebben beklommen. Terwijl Dick de fietsen terugzet dump ik nog even snel ons grey- en black water en daarna vertrekken we. Een volgende keer komen we hier nog wel eens terug en dan rijden we of met de camper naar de caches of we doen ze toch vanuit Honfleur, fietsend over de Pont de Normandië.  60 Km oostelijker in Doudeville stoppen we op een pleintje in het centrum. Er is niet veel bijzonders hier maar het is hier rustig en de buitenlucht ruikt lekker.

Biking around Doudeville

Snel heeft Dick weer de fietsen tevoorschijn gehaald en gaan we de omgeving verkennen. Ons fietstochtje voert ons over smalle boerenweggetjes en langs een naburig kasteel wat er weliswaar verlaten maar ook best imposant uitziet. De donkere wolken die in Le Havre aanwezig waren lossen gaande de middag op en we genieten van het zonnetje. Wel waait er inmiddels een straf windje maar de temperatuur is nog 17 graden. Het was de bedoeling om een maaltijd salade te eten maar we hebben zin in wat warms dus opnieuw wordt het bloemkool met kip en puree. ‘s Avonds kijken we lekker tv maar de klok van 10 uur horen we niet meer.

Vrijdag 24 september worden we pas om half negen wakker. De supermarket is nog geen 200 meter van ons verwijderd dus ontbijten we met vers stokbrood voor we verder rijden. Helaas is het weer omgeslagen, de lucht is grauw en grijs en het miezert een beetje. A.s. zondag moeten we thuis zijn want maandag moet de camper naar de APK-keuring dus hebben we besloten vandaag naar Laon te rijden.

The gate to Laon city

Weer een stadje dat regelmatig terugkeert op onze route omdat het er aangenaam toeven is en je er ook heerlijk kunt eten. Omdat we best wel een eind moeten rijden, 260 km, en we allemaal binnenwegen volgen, arriveren we pas om half drie in Laon. Tot onze verbazing staat er onder de stadsmuur slechts één camper dus het is geen enkel probleem om de onze te parkeren.

De wolken verdwijnen en de zon komt tevoorschijn zodat we een wandeling maken door het stadje. Geen straf want dan kunnen we meteen een tafeltje reserveren in restaurant Agora. Helaas is het restaurant niet eerder dan 7 uur vanavond open. Het is wel duidelijk dat er inmiddels weinig buiten gezeten wordt want op een terras staan slechts enkele tafeltjes.

Paintings in Medieval city Laon

Het smalle winkelstraatje blijft leuk om door te lopen, we bewonderen de middeleeuwse schilderingen en bij een lavoir (een wasplaats uit vroeger tijden) zoeken en vinden we ook nog een cache. Na een paar km zijn we weer terug bij de camper waar ik achter de laptop ga zitten. Ik moet nodig weer wat schrijven en Dick pakt zijn boek “De reis” van James A. Mitchener, wat verhaalt over een tocht naar de goudvelden in de Klondike en zeer intrigerend is.
Net voor 7 uur wandelen we weer langs de stadsmuren naar het centrum. Er blijkt zowaar een tafeltje vrij in het restaurant. We bestellen het menu en een karaf Cotes du Rhône. Opnieuw smaakt het eten voortreffelijk en zijn we het erover eens dat de omweg via Laon naar huis de moeite waard is. Dit restaurant wordt een blijvertje.

Cathedrale in Laon by night

In het donker wandelen we terug en bewonderen nog even de Kathedraal die er met zijn blauw verlichte torens super uitziet. Zaterdagochtend zijn we al vroeg wakker en omdat we vandaag overlevingsbrood eten zijn we ook snel op stap. We moeten nog wel even tanken in Laon onder aan de berg maar kunnen dan via binnendoor wegen naar de grens met België rijden. Het is enorm mistig. Op de berg in Laon kwam weliswaar vanochtend vroeg de zon al door maar hier op de lagergelegen vlaktes kunnen we niet verder dan 80 meter kijken. Gelukkig, als we bij de Belgische grens arriveren, heeft de zon zoveel kracht dat de wolken verdwijnen en met een heerlijk zonnetje kunnen we onze weg door België vervolgen. Door weg opbrekingen moeten we na Antwerpen wat omrijden zodat we pas om half drie in Bergen op Zoom, Nederland arriveren. Er is nog net één plekje aan de boulevard waar we onze camper parkeren. In de middag verdwijnen alle wolken en klimt de temperatuur naar de 23 graden. Het is windstil en ik wandel even een rondje langs de mini-biebs om onze gelezen boeken om te ruilen. Onderwijl kan Dick wat schrijven voor de ledenvergadering van onze duikclub die volgende week zal plaatsvinden.
‘s Avonds halen we Chinees eten, genieten van een mooie zonsondergang en lezen in onze boeken. Tv kijken kan hier niet daarvoor staan er te veel bomen.

Early in the morning at home

 

Zondagochtend zijn we al vroeg op pad en dus staan we om 10 uur al achter ons huis geparkeerd. De rest van de dag zijn we druk bezig met alles uit de camper halen en deze van binnen en buiten grondig te poetsen.
Na de APK morgen gaat de camper immers door naar onze dealer in Nederweert die onder andere vochtmetingen moet uitvoeren en dan is het handig als de camper leeg aangeleverd wordt. We boffen de gehele dag met het weer, de zon schijnt en het is lekker warm dus eind van de middag is de camper leeg, ons huis een puinhoop en zien we terug op weer een heerlijke reis.
Als maandagochtend de wekker al om 6 uur afgaat, valt dat best tegen. Het is lang geleden dat we in het donker op stap gingen. Maar we zijn op tijd bij de garage in Utrecht.

Dit bericht is geplaatst in EUROPA. Bookmark de permalink.

Reacties zijn gesloten.