Op zoek naar warmte, maar waar ???
Het plekje aan het Brantley Lake, waar we zondagmiddag een uurtje staan blijkt toch niet zo warm ondanks het “windshield” van de camper dus eind van de middag zoeken we een ander plekje op, wat ietwat beschutter ligt en vanwaar we een schitterende zonsondergang kunnen aanschouwen. Het blijft echter windkracht 8 en dus te koud om nog buiten te zitten. Maandagochtend 24 november schijnt opnieuw de zon volop aan een staalblauwe hemel maar de koude wind blijft ook. Wel is het mogelijk even naar het toiletgebouw te lopen in je T-shirt maar dat komt ook omdat we inmiddels aan wat kou gewend zijn. Na een lekker ontbijtje, Dick maakt een eitje erbij (yammie) rijden we weg om een half uur later in Carlsbad te arriveren.
Bij de library willen we de foto’s versturen die Ingrid voor het stukje in de Kentering (het clubblad van onze duikclub Aqualis) nodig heeft. Helaas blijken hier zoveel mensen op het internet te zitten dat het heel erg traag is dus na enige mislukte pogingen om iets te versturen, rijden we verder. De tijd heeft echter wel doorgetikt zodat, als we eindelijk bij de kruising van de weg naar de Caverns arriveren, de ochtend al voorbij is. We hebben nu geen zin om de extra 14 mile naar de ingang van de caverns te rijden en besluiten er nu niet naar toe te gaan. Mogelijk komen we er met Thecla en Thomas nog langs op ons rondje in januari en anders wordt het een andere keer. We klimmen derhalve verder naar de Guadalupe Mountains, waar we stoppen en op de primitieve campground blijven staan in dit National Park. Het is er niet echt aangenaam ondanks de fel schijnende zon, de campground ligt weliswaar op 1770 meter maar de kou is voornamelijk afkomstig van de ijzige wind die hier nog steeds met windkracht 8 waait.
Desondanks maken we een wandeling in de prachtige bergomgeving maar als we een uurtje later terug zijn duiken we toch echt direct de camper in. Ach niet veel later, om half vier al, is de zon achter de hoge bergen verdwenen en dan is het echt niet meer mogelijk om buiten te zitten, zelfs niet met een dikke trui en jas. We pakken natuurlijk de voorruit in zijn isolatie deken en lezen de rest van de middag en avond in onze spannende boeken. Ik heb in een laundry een serie boeken geruild (Wagons West) die verhaalt over de trektocht van de pioneers dwars door Amerika naar Oregon en het zijn zulke spannende en intrigerende boeken dat ik ze gewoon niet weg kan leggen. Helaas heb ik slechts drie boeken van deze serie van 6, dus ik zal de ontbrekende delen nog ergens moeten zien te vinden. Dinsdag hebben we opnieuw stralende zon na een nacht met enkele graden vorst. Al vroeg staat de parking vol met wandelaars die de bergen intrekken. Helemaal dik ingepakt want het vriest nog steeds. Wij hebben geen zin om nu een wandeling te maken (alle wandelingen duren zo’n 6 tot 8 uur) dus na het ontbijt vertrekken we, na enkele laatste blikken op de schitterende bergwereld van de Guadalupe Mountains en zijn beroemde piek, El Capitan. Nadat we meer dan 500 meter zijn afgedaald rijden we de vlakte van de Chihuahua desert in. Hier is echt niets, opnieuw de grote leegte zoals we alleen nog maar zijn tegengekomen de afgelopen weken. Slechts heel in de verte zijn wat koeien te zien en soms ook een ranch. Wat een desolaat, maar toch ook apart, landschap. Het is gewoon fijn als we in de verte de bebouwing gaan zien van El Paso, een toch wel behoorlijke grote Texaanse stad aan de Mexicaanse grens. Helaas blijkt het Border Patrol Museum dat wij graag willen bezoeken enkele dagen gesloten vanwege remodeling dus rijden we een stukje terug naar een Walmart om onze levensmiddelen aan te vullen. Ook wordt de tank weer eens volgegooid. Wat is de diesel hier in Texas goedkoop zeg. Ten opzichte van veel plaatsen in de USA toch zo’n 60 tot 70 dollarcent per gallon goedkoper.
Daar het al half een is als we wegrijden uit El Paso besluiten we niet verder door te rijden dan het Oliver Lee Memorial State Park, vlakbij Alamogordo. We hebben inmiddels erg goede ervaringen met het overnachten in de State Parks van New Mexico en ja, we hebben Texas al weer verlaten. Dat we ons echter niet ver van de Mexicaanse grens bevinden blijkt uit de vele Border Patrol auto’s die ons passeren en natuurlijk is na een uurtje ook een wegbarriere aanwezig waar we gecontroleerd worden en nagegaan wordt of we geen illigale Mexicanen bij ons hebben. Op de weg naar het State Park zien we opnieuw een Roadrunner voorbij rennen. Wat zijn dat toch leuke vogels. Helaas doen ze hun naam eer aan zodat een goede foto maken niet echt lukt. Het valt niet mee een geschikt plekje te vinden omdat je bijna overal of heel scheef of in de schaduw of in de volle (koude) wind staat, maar na enkele rondjes over de campground vinden we dan toch echt een prettig plekje waar ik, zowaar uit de wind en in de zon, buiten kan zitten (wel met dikke trui) om de administratie te doen en verder te schrijven aan ons stukje voor de website.
De campground staat vol met cactussen, waaronder de Desert Christmas Tree Cactus, maar helaas is de warmte waar we zo naar op zoek zijn nog niet aanwezig. Toch ben ik al blij dat ik lekker buiten kan vertoeven in het zonnetje. We hebben niets te klagen, het is immers wel eind November en schitterend weer. Pas als om vijf uur de zon achter de bergen verdwijnt wordt het zodanig koel dat ik ook naar binnen ga maar niet na opnieuw een schitterende zonsondergang te hebben bekeken. De lucht boven de bergen staat in vuur en vlam wat helaas niet op de camera te vangen is, de kleuren verbleken op de camera. Wel is de sterrenhemel enkele uren later schitterend om te zien en natuurlijk staat ook de “Milky Way” in volle glorie aan de hemel. Na een heldere en dus koude nacht, met ook wat vorst, staan we op als de zon over de bergkam komt waardoor we in ieder geval wat opgewarmd kunnen worden door deze zonnestralen. Want opnieuw is het toch wel erg fris in de ochtend. Alleen omdat we vlakbij het toiletgebouw staan lukt het om daar in T-shirt onbevroren aan te komen. Na nog even een wandeling gemaakt te hebben dwars door de cactussen van het State Park waarbij we natuurlijk ook even een cache zoeken, rijden we weg naar Alamogordo, zo’n 10 mile verderop. We moeten en wat propaan gas tanken en er zou een standbeeld zijn van een reuze Pistache noot.
Het kost wat moeite maar uiteindelijk vinden we zodanige informatie dat we onze propaantanks kunnen vullen en ook de reuze Pistache noot aanschouwen ook al moeten we voor die laatste wel 6 mile buiten het stadje zijn. Daar Dick geen liefhebber is van Pistache noten gaan we niet de winkel in van de farm waar deze reuze noot opgesteld staat maar rijden we, na natuurlijk een foto, verder naar het westen. Niet al te ver van Alamogordo liggen de White Sands, een plek die hoog op mijn “bucketlist” staat om te bezoeken. Vanuit de verte zien we al witte heuvels verschijnen in het verder vlakke landschap maar vlakbij het Visitor Center van dit National Monument aangekomen, zien we alleen wat met Stekelgras en Yucca begroeide hellingen. Groot is mijn teleurstelling, maar verderop in het park blijken wel de “White Sands” te zijn. Na de film bekeken te hebben spoeden we ons naar de camper om het fenomeen van de witte zandduinen, door geërodeerd “gypsum” gevormd, met eigen ogen te aanschouwen. En het is fenomenaal. Des te verder we het duingebied inrijden des te witter wordt het om ons heen. Alleen steekt zo nu en dan een Yucca met zijn kopje uit het witte duin.
De weg is ook bedekt met een laag wit zand en het lijkt alsof we ons in een sneeuwlandschap bevinden. Jammer dat we geen sleetje hebben meegenomen want heel veel mensen, zittend op een soort ronde schotels, dalen de witte zandduinen af. Het is deze week kindervakantie en erg druk met sleeënde kinderen. Natuurlijk klimmen we een aantal duinen op en maken foto’s. Ik raak ontroerd door wat ik om me heen zie als we bijna aan het einde van de loop op een hoog en spierwit zandduin staan, biggelen tranen over mijn gezicht. Wat zijn we ongelooflijk bevoorrecht dat we dit mogen aanschouwen. We lopen een stukje trail door het witte zand en genieten. Ik iets meer dan Dick, terwijl ik helemaal ondersteboven ben van dit landschap en eigenlijk niet meer weg wil vindt hij het bijzonder. Wat ben ik blij dat we in januari mogelijk weer terugkomen, dan samen met Thecla en Thomas en dat niet alleen zij dit natuur fenomeen mogen aanschouwen, maar wij opnieuw ook. Uiteindelijk verlaten we toch deze bijzondere plek die nu al hoog in de top vijf van mijn favoriete bestemmingen is terecht gekomen. Net buiten de White Sands klimt de weg meteen hoog de bergen in en als we uiteindelijk op de pas zijn aangekomen op 1730 meter, zien we onder ons in het dal Las Cruces liggen.
Via een smal weggetje rijden we om deze stad heen en arriveren niet veel later op het platte land bij de Leasburg Dam waar zich opnieuw een prachtig State Park bevindt. Het is er druk maar we vinden nog net een plekje, volop in de zon. Natuurlijk maken we een praatje met de camphost en zijn vrouw en ook een wandelingetje in het park voor we lekker in het zonnetje gaan zitten. Ik kan zelfs boeken ruilen in het Visitor Center van dit State Park, waarbij ik er achter kom dat mijn serie “Wagons West” niet uit 6 maar tenminste uit 22 delen bestaat. Er zijn derhalve nog vele boeken van Dana Fuller Ross te lezen over de vorming van de verschillende staten van de USA. Voor het eerst in weken is het zo lekker warm dat we gewoon buiten in ons T-shirt kunnen lezen. Natuurlijk tot de zon ondergaat. Dat blijft het moment waarop de temperatuur drastisch daalt. Donderdag 27 november is het doodstil, het is Thanksgiving en een van de weinige dagen in dit land waar het leven stilstaat. Veel instanties zijn gesloten en we merken dat er ook veel mensen vrij zijn want als we na het ontbijt vertrekken van dit prettige plekje (wat trouwens voor vannacht al besproken was dus we konden hier niet blijven) zijn de wegen doodstil en verlaten.
We nemen natuurlijk de binnenwegen en laten, zoals altijd, de interstate links liggen. Opnieuw bevinden we ons op een mooie route. We rijden dwars door het gebied van de Chili’s maar ook vele boomgaarden met Pecannoten en uitgebreide katoenvelden bevinden zich langs deze weg. Regelmatig staan we stil om te kijken, de Chili’s worden met de hand geplukt en te drogen gehangen en de katoen wordt machinaal geplukt. Wat een monsterwagen is het die de plukken katoen van de steeltjes afritst en ze binnenin meteen tot balen katoen verwerkt. De katoen voelt heerlijk zacht aan en ik kan de verleiding niet weerstaan om ook een paar dotjes mee te nemen.
We rijden niet heel lang want als we rond het middaguur langs Caballo Lake komen en daar opnieuw een heerlijk plekje op een State Park vinden (het laatste) stoppen we. Het is opnieuw heerlijk weer en een schitterende plek om de camper van binnen onderhanden te nemen. Geen overbodige luxe want stof uit de vele woestijnen waar we de afgelopen weken doorheen zijn gereden heeft zich in de camper en onder ons kleed verzameld. Gelukkig is na enkele uren poetsen en boenen, de binnenzijde weer schoon en kunnen we buiten nog lekker genieten van de warmte van het zonnetje. Helaas steekt de wind op waardoor het buiten, net voor de zon achter de bergen verdwijnt, ijzig koud wordt . Opnieuw geen vuurtje stoken en buiten zitten. Net zoals iedere ochtend in een State Park douchen we ons vrijdagmorgen in het toiletgebouw op de campground. Ditmaal niet echt een succes want in tegenstelling tot de andere State Parks is dit toiletgebouw niet echt verwarmd en er heerst een diepvries temperatuur. Tel daarbij dat het water uit de douches niet echt heet is en uit de kraan aan de wastafel alleen koud water komt (arme Dick die zich hiermee moet scheren) en jullie zullen begrijpen dat we naar deze campground niet zo heel snel zullen terugkeren. Na vullen met schoon water en het dumpen van grey en black water rijden we verder naar het noorden. In Truth or Consequences, alleen al vanwege de naam van dit stadje zijn we hier naar toe gereden, zoeken we het Visitor Center wat we niet vinden en evenmin hebben we enig idee waar zich de Hot Springs bevinden zodat we na wat boodschappen en een heerlijke milkshake bij Sonic onze weg vervolgen.
Bij het boodschappen doen merken we dat het vandaag Black Friday is. Alle grote huishoudelijke apparaten zijn vandaag extra afgeprijsd en velen staan in de rij om een of meerdere apparaten aan te schaffen. Als ik een foto wil maken van al die afprijzingen blijft iedereeen echter rustig wachten tot ik uiteindelijk mijn plaatje geschoten heb, het blijven beleefde mensen die Amerikanen. Buiten wordt het steeds warmer en we lopen inmiddels weer in T-shirt en korte broek. Vlak voor Socorro wordt het plotseling druk op de weg. We rijden langs het Bosque del Apache Wildlife Refuge. Omdat er zoveel auto’s afslaan om de rondweg door dit park te rijden buigen wij ook af. Al zijn we geen vogelaars of eendelaars, de enorme aantallen eenden (voor mij zijn ze allemaal dezelfde eend, maar Dick herkent wel 5 soorten) de meer dan 40.000 ganzen en 11.000 kraanvogels die we hier zien zijn imponerend. Velden en watertjes, volledig grijs of wit, afhankelijk van het feit of zich er Cranes of Gooses bevinden.
Het kost soms wel moeite om een goede landingsplaats te vinden tussen de al aanwezige vogels, maar met een beetje geluk komen ze goed terecht. Grote formaties rondvliegende ganzen en kraanvogels maken dat de zon soms wordt verduisterd en de paar Mule Deer op het einde zijn een schitterende afsluiting van een bijzonder ritje door dit wild life refuge. Doordat deze tocht meer tijd in beslag neemt dan we hadden verwacht arriveren we pas tegen half vijf in Socorro. Daar er nu toch geen mogelijkheid meer is om nog buiten van het zonnetje te genieten blijven we op het terrein van de Walmart overnachten en heb ik weer eens de mogelijkheid om ’s avonds na het eten heerlijk rond te kijken in deze toch wel aparte winkel. Ondanks het feit dat naast ons een vrachtwagen is gaan staan die al heel vroeg zijn motor aanzet worden we zaterdagmorgen 29 november pas om half acht wakker. Wel met ons nieuwe pluche dekentje over ons heen want wat is het vannacht weer koud geweest, alhoewel het niet gevroren heeft. Nadat we onze tank weer eens vol hebben gegooid met diesel vertrekken we uit Socorro en rijden de bergen weer in. We klimmen en klimmen en klimmen tot meer dan 2200 meter hoogte. Het landschap om ons heen aan deze route 60 is schitterend.
Nadat we in Magdalena in de berg het profiel hebben gevonden van de vrouw die deze stad haar naam gegeven heeft (een cache) rijden we nog een klein stukje de San Agustin Plains over tot we bij VLA zijn (Very Large Array) de plek vanwaar het National Radio Astronomy Observatory zich bevindt en waar op deze hoogvlakte 27 giga antennes (elk bijna 30 meter in diameter) gesitueerd in een Y-vorm, met elkaar verbonden zijn om als een “very large” radiotelescoop te fungeren. Door deze VLA worden observaties gedaan in het universum waarbij o.m.het formatieproces van sterren en planeten bestudeerd wordt. We mogen over het terrein tussen de giga grote telescopen rondlopen, zien een film waarin de werkwijze wordt uitgelegd en zijn diep onder de indruk. Zeker als we ook nog foto’s zien die van complexe galaxystelsels in het universum gemaakt zijn. Wat een indrukwekkend bezoek aan iets waarvan ik, voor de voorbereiding van deze reis, nog nooit had gehoord. Wij hebben dan ook nooit de film “Contact”van Warner Brothers (1997) gezien die grotendeels op deze plek opgenomen werd. Lang blijven we kijken en lezen maar uiteindelijk rijden we om half twee toch verder. Niet heel lang want in Datil, een half uurtje rijden, vinden we een campground van het Bureau of Land Management.
De campground heeft niets, zelfs geen water maar het is er rustig, er is een prachtig uitzicht en er zijn grote mooie en zonovergoten plekken en ook al moet ik eigenlijk weer wassen dit eenzame plekje op deze hoogvlakte is zo aanlokkelijk dat we er blijven. Zolang de zon volop schijnt kunnen we lekker buiten zitten (ik doe dat, Dick vervangt de luchtfilter en maakt de wasbak die is losgetrild weer vast) maar om half vijf is het echt te koud buiten en moeten we binnen zitten. Omdat er niemand dichtbij staat kunnen we onze generator aanhouden zodat we voldoende stroom hebben om beiden achter de laptop te kruipen om onze adminstratieve taken te vervullen en natuurlijk verder te schrijven aan de website.
1 Responses to Op zoek naar warmte, maar waar ???